John van den Brom staat voor een terugkeer in de Jupiler Pro League. De 54-jarige trainer was eerder in dienst van RSC Anderlecht en gaat nu normaal gezien aan de slag als T1 van KRC Genk. De man uit Amersfoort aast in ons land op revanche nadat hij zijn vertrek bij Paars-Wit een ‘zwarte bladzijde’ noemde.
Van den Brom had destijds even nodig om te bekomen van zijn ontslag bij Anderlecht, vertelde hij tegenover het Algemeen Dagblad. De trainer werd na 95 wedstrijden op straat gezet bij de recordkampioen, waar Van de Brom wel een kampioenschap en twee Supercups vierde. Ondanks die triomfen, moest hij vroegtijdig vertrekken bij Paars-Wit.
STEILE START
Tot dat ontslag zat de carrière van Van den Brom in de lift. De hoofdtrainer begon zijn carrière bij het inmiddels opgeheven AGOVV Apeldoorn, dat destijds in de Nederlandse Eerste Divisie (één niveau onder de Eredivisie, red.) actief was. Na een dienstverband van drie jaar in Apeldoorn stond er een klus op het hoogste niveau voor hem te wachten: ADO Den Haag.
Daar maakte Van den Brom naam als trainer in de Eredivisie. Onder zijn leiding wist de laagvlieger in de Nederlandse competitie knappe resultaten te behalen, zoals een gelijkspel tegen PSV (2-2) en een winst bij Ajax (0-1). Die sterke prestaties leverden hem niet alleen complimenten en (bonus)punten op; ook grotere clubs toonden interesse in zijn diensten. Uiteindelijk ging Van den Brom ruim één jaar na zijn aanstelling in Den Haag aan de slag bij het ambitieuze Vitesse.
In Arnhem liet de 54-jarige zien dat hij ook bij een club van een groter formaat successen kon boeken. Vitesse eindigde in het eerste seizoen onder zijn leiding op een zevende plaats in de Eredivsie, waardoor de club play-offs kon spelen om Europees voetbal. Lang hebben de Arnhemmers niet kunnen genieten van Van den Brom als hun hoofdcoach: wederom was hij binnen één jaar vertrokken bij de club. Voor de trainer kwam er een droom uit: hij mocht eindelijk een topclub leiden. Niet in Nederland, maar in Brussel.
ZWARTE BLADZIJDE
Dat avontuur verliep dus niet helemaal naar wens voor de Nederlander. Van den Brom behaalde zich in zijn debuutseizoen de Supercup en won de landstitel. In de beker sneuvelde zijn ploeg in de halve finales tegen (uitgerekend) KRC Genk. Tijdens zijn tweede jaar in Brusselse dienst kwam er echter zand in de motor.
Onder zijn leiding strandde Anderlecht in de groepsfase van de Champions League en stond het een straatlengte (12 punten) achter de koploper in de Pro League. Bovendien probeerde hij tevergeefs zijn ploeg op allerlei manieren weer op de rails te krijgen, denk aan het debacle rond de veelbesproken 'mental coach' John Troost. Daardoor kwam de positie van Van den Brom steeds verder onder druk te staan en was het een verliespartij tegen OH Leuven dat hem de kop kostte.
Van de Brom werd, ondanks dat zijn contract nog een jaar doorliep in Brussel, op straat gezet. Het was voor de oefenmeester zijn eerste ontslag. In de Nederlandse media sprak de trainer van een “zwarte bladzijde” in zijn trainersloopbaan. Ondanks dat hij het gevoel heeft dat hij niet geflopt is bij Anderlecht, moest hij enkele maanden rust nemen voordat hij een nieuwe trainersjob kon accepteren. Ondertussen leidde zijn opvolger en voormalig assistent Besnik Hasi RSCA wel nog naar de titel dat seizoen.
LANGSTZITTENDE EREDIVISIE-TRAINER
Na die “zwarte bladzijde” kwam er aan het begin van het seizoen 2014/2015 een schone lij voor de trainer. AZ stelde Van den Brom aan en in Alkmaar kwam hij bij een club terecht waar hij dezelfde omstandigheden als bij Anderlecht kreeg: een jonge en talentvolle spelersgroep, maar ook de zekerheid dat de beste spelers bijna elk jaar worden weggekocht door clubs uit sterkere competities. Desalniettemin groeide Van den Brom bij AZ uit tot de langstzittende Eredivisie-trainer van zijn tijd: in totaal stond hij vijf seizoenen aan het roer in Alkmaar.
Van den Brom zorgde ervoor dat Europees voetbal terugkeerde in het AFAS Stadion en wist, ondanks het vertrek van sterspelers zoals Vincent Janssen (richting Tottenham Hotspur) elk jaar weer een elftal op de been te brengen dat meestreed om de bovenste plaatsen in de Eredivisie. De coach liet zien dat hij het vak nog niet verleerd was: bij Anderlecht haalde hij gemiddeld 1,82 punten per wedstrijd (over 95 wedstrijden). Dat was voor een topclub niet voldoende om echt te spreken van een succes. In Alkmaar, bij een Nederlandse subtopper, herhaalde hij dat moyenne met 1,81 punt per wedstrijd over 216 wedstrijden.
Nadat zijn tweede contract bij AZ medio 2019 afliep, besloten trainer en club dat het na vijf seizoenen mooi geweest was. Erg lang hoefde Van den Brom niet op een nieuwe uitdaging te wachten: FC Utrecht stond te popelen om Van den Brom aan te stellen als hoofdtrainer om hun Europese ambities te verwezenlijken. Dat lukte de 54-jarige oefenmeester niet en dit seizoen, waarin Utrecht zich onder andere versterkte met voormalig Oranje-international Eljero Elia, vallen de resultaten in de Domstad tegen.
REVANCHE
Wellicht komt daarom de overgang van Van den Brom naar KRC Genk wel als een geschenk voor club én trainer. Dat wil echter niet zeggen dat Genk bij voorbaat een mislukking in huis haalt. Van den Brom heeft een duidelijke visie over voetbal, een opvatting die sinds zijn vertrek bij Anderlecht niet veel veranderd is. De hoofdtrainer laat zijn teams overwegend in een 4-4-3 met de punt naar voren opereren of schakelt in wedstrijden tegen een sterkere tegenstander over naar een meer controlerend spelsysteem (4-2-3-1).
Feit blijft wel dat deze speelwijze vooral bij subtoppers of topploegen beter tot zijn recht komen, teams die he spel doorgaans zelf bepalen. Waardoor het ook verklaarbaar is waarom Van den Brom bij FC Utrecht de ambities niet kon waarmaken. Dat hij met KRC Genk een ploeg treft die veel overeenkomsten vertoont met zijn oude club AZ, is wat dat betreft goed nieuws. Of dat ook betekent dat hij na een zwarte bladzijde in de Jupiler Pro League ook een kleurrijk avontuur kan beleven, zal de tijd moeten leren.