Een trotse Ivan Leko donderdagavond in Bulgarije, waar Antwerp zonet met 1-2 had gewonnen van Ludogorets. Een geslaagde start in de Europa League dus voor de Great Old, te danken aan een sterk eerste en vooral laatste halfuur. Met als ultieme exponent, naast een bedrijvige Simen Jukleröd, de man die zichzelf uiteindelijk ook tot matchwinnaar kroonde: Lior Refaelov.
Welgeteld 26 jaar geleden was het dat het stamnummer één nog eens had deelgenomen aan de groepsfase van een Europees tornooi. Met ook nog eens een resem afwezigen, waaronder Dieumerci Mbokani en Jordan Lukaku, hoeft het dus niet te verbazen dat de Antwerpse elf nauwelijks ervaring had op dat toneel. Zelfs oude rotten als Faris Haroun en Ritchie De Laet kwamen er doorheen hun carrière amper een handvol keren in actie en moeten het op dat vlak zowaar al afleggen tegen Jérémy Gélin en Pieter Gerkens, samen goed voor 17 optredens. Allen verbleken ze dan ook bij de 67 matchen in Europa die Refaelov reeds achter de kiezen heeft. Het merendeel daarvan natuurlijk als speler van Club Brugge.
GEEN ROL VOOR RAFA
Daar maakte de 34-jarige Israëliër zich vooral onsterfelijk met zijn winning goal tegen Anderlecht in de bekerfinale van 2015, zonder twijfel de mooiste van zijn 54 doelpunten – aangevuld met 62 assists – in 234 duels voor Blauw-Zwart. Aan de twee landstitels tijdens zijn Brugse periode leverde Rafa echter slechts een beperkte bijdrage. Bij de eerste, in 2016 onder Michel Preud'homme, viel dat voornamelijk te wijten aan blessureleed. Indien fit, toonde de rechtsbuiten annex spelmaker zich wel nog beslissend. Na nog een jaar met veel tijd in de ziekenboeg begon hij onder Leko vervolgens weer als titularis, maar de Kroaat schoof hem al vrij vlug op kant. In totaal kwam Refaelov dat seizoen 757 minuten in actie.
In de zomer van 2018 werd helemaal duidelijk dat zijn verhaal in Jan Breydel er na zeven jaar opzat, en gunde Club hem een overstap naar de Bosuil. Later verklaarde Leko dat dit louter een sportieve keuze betrof, vermits hij met ook nog Ruud Vormer en Hans Vanaken op het middenveld geen ruimte meer had voor de technicus. In het titeljaar maakte dan ook Abdoulay Diaby vast de dienst uit naast Wesley Moraes in de voorlijn van zijn bekende 3-5-2 formatie, waar een snelle spits toen nog de standaard leek. Wist hij veel dat in de volgende campagne met Siebe Schrijvers een ietwat gelijkaardig type als Refaelov diezelfde positie zou bezetten. Al moet die laatste wel nog iets vaker het leer kunnen voelen.
WITTEBROODSWEKEN (BIS)
Als regisseur in Laszlo Bölöni zijn klassieke 4-3-3 bewees de ancien de voorbije twee seizoenen alleszins nog lang niet versleten te zijn, met opgeteld 24 treffers en negen assists in 69 matchen voor Antwerp. De vraag was evenwel wat de intrede van Leko, de man die hem 'wegjoeg' bij Club en daar nu zelf plaats moest ruimen voor Philippe Clement, zou betekenen voor zijn rol in het elftal. Beiden gaven alvast snel aan met een schone lei te willen beginnen, een goed voornemen dat meteen een boost kreeg in de uitgestelde bekerfinale tegen … Club Brugge. Tenslotte scoorde uitgerekend Refaelov de enige treffer. Voor een lege Heizel volgde in het slot nog een applauswissel, na affluiten vloog hij Leko om de hals.
Het leek het begin van een geslaagd tweede huwelijk, zeker toen Rafa tevens op speeldag één – vanaf de stip – raak trof. Al leverde dat Antwerp slechts een punt op tegen Moeskroen, de aanzet voor een zwakke start met acht op 18. Het sein ook voor Leko om Refaelov, die enkele weken eerder in Charleroi na een vroege rode kaart voor Birger Verstraete al na een halfuur naar de kant moest, in Kortrijk op de bank te zetten. Samen met zijn systeemwissel een verkeerde keuze, zo bleek, die aan de rust reeds gecorrigeerd werd. Onder impuls van de Israëliër, die met een stevige vrije trap zelf voor de gelijkmaker zorgde, zette de Great Old de scheve situatie recht – zoals dat stilaan haast een gewoonte is geworden.
VAN WESLEY NAAR DIEU
Nadat met een gelukje Gerkens de bordjes in evenwicht had gehangen, was Refaelov nu dus opnieuw de reddende engel. Dit keer uiteraard wél als titularis, want na de zege in Kortrijk gaf Leko zelf toe dat het een vergissing was om hem niet te laten starten. Een fout die de Kroaat niet snel meer zal maken, zou je dan denken, al valt dat toch nog af te wachten eens hij terug over zijn volledige kern beschikt. Dat er op de reservebank in Bulgarije slechts vier veldspelers zaten, valt immers louter te wijten aan omstandigheden. Wanneer iedereen fit is, wordt de concurrentie voorin echter moordend. Een brede kern die in deze coronatijden meer dan ooit nodig is om op drie fronten te strijden, zo bleek nu dus al.
Toch blijft Mbokani diep in de punt zo goed als onmisbaar, met Cristian Benavente en Nana Ampomah die daar donderdag achtereenvolgens moesten depanneren. Wanneer Dieu wel present tekent, dingen zij evenwel naar hetzelfde plekje als Refaelov. Die wordt door Leko opvallend genoeg consequent als schaduwspits in steun van de Congolees – of in dit geval dus Benavente en Ampomah, alvorens hij zelf vervangen werd door Aurélio Buta – uitgespeeld, een rol die hij met Wesley in Brugge nauwelijks kon vervullen. Zelfs in de bekerfinale, toen Didier Lamkel Zé nog van de partij was, mocht Refaelov daar postvatten. De wispelturige Kameroener, intussen weer opzij geschoven, stond toen lager geposteerd.
BULGAARSE MASTERCLASS
In Ludogorets koos Leko terug voor een verstevigd middenveld met Gerkens, Martin Hongla en Faris Haroun. We mogen echter verwachten dat hier de komende weken af en toe opnieuw een artiest aan wordt toegevoegd. Zulke types heeft Antwerp binnenkort tenslotte in overvloed, want nu Buta weer fit is – en met Lukaku in aantocht – lijkt er op de flanken weinig ruimte voor Ampomah of Koji Miyoshi. Vooral die laatste maakt zo samen met Benavente, alsook de momenteel gekwetste Bruny Nsimba en Manuel Benson, misschien meer aanspraak op een stekje in het centrum. Zij het op de 10 dan wel in de zogenaamde pocket in de rug van Mbokani, een knoop die voor Refaelov alvast doorgehakt werd.
Het ziet er namelijk toch naar uit dat Leko hem liefst zo hoog mogelijk posteert, geen onlogische keuze gezien zijn doeltreffendheid in de afgelopen campagnes. In een onuitgegeven tandem met Benavente, straks allicht zijn voornaamste concurrent, demonstreerde Refaelov ook waarom. Niet alleen was hij bij de pinken om een verkeerde terugspeelbal genadeloos af te straffen, iets wat in de eerste helft aan de overkant gelukkig niet gebeurde, maar de creatieve Israëliër leverde een ouderwetse masterclass af. Vista, balvastheid, gevoel voor zowel tempo als ruimte en af en toe een vleugje genialiteit: Rafa haalde het allemaal nog eens uit de kast. Op zulke dagen blijft hij simpelweg een streling voor het oog.
DERTIGERS ONDER DRUK
Op zijn oude dag lijkt Refaelov, al dan niet dankzij de invloed van Bölöni, bovendien ook meer bereid om arbeid te verrichten. Of toch in matchen waar het om de knikkers gaat. Hoewel er door het drukke programma ongetwijfeld geroteerd zal worden, ziet het er dan ook naar uit dat hij zeker in zulke duels de voorkeur zal genieten op de toenemende concurrentie – zelfs wanneer zij allen weer op topniveau zijn. De lijn doortrekken blijft dan wel de boodschap, niet louter omwille van de alsmaar duurdere plekjes maar tevens omdat zijn verbintenis volgende zomer afloopt. Dat het Antwerps bestuur desnoods bereid is om dan afscheid te nemen, werd in het recente verleden meermaals duidelijk. Met wie anders dan Mbokani als uitzondering, al kreeg zelfs hij amper één jaar extra. Samen vormen de dertigers reeds twee jaar een succesvol duo, een combinatie die ondanks die contractdruk onder Leko wel eens nieuwe hoogtes kan bereiken. Met niet enkel Dieu, maar ook Rafa als absolute uitblinker. Wie had dat in de zomer van 2018 gedacht?