Ronny Van Geneugden is aan de slag bij Malawi en hij gaat er uiteraard ook wedstrijden bekijken in de nationale competitie. De Belgische coach komt met een opvallend verhaal.
"Geen enkele club heeft hier een eigen stadion. Ze spelen hun matchen afwisselend bij een van de lokale suikerfabrieken. Een wedstrijd in eigen huis bestaat niet. Die stadions hebben geen kleedkamers. Bij topmatch in de hoogste klasse zitten de spelers tijdens de rust gewoon op het veld. Ze douchen zich ook niet na een match", zegt hij in
Het Belang van Limburg.
"Als een ploeg naar het noorden moet, spelen ze zaterdag én zondag een match, zodat ze maar één keer moeten rijden. Sommige van mijn jongens speelden de dag na de interland alweer in de competitie. En die geven gas, he. Als iemand zich blesseert, loopt de keeperstrainer er met een flesje water en een spons naar toe. Hij staat op, stampt eens in de grond en speelt door. Ze zijn hier van beton. Maar wat wil je? Er zijn kinderen die dagelijks 2,5 uur wandelen naar school. Als je dat van kleinsaf doet, word je sterk."