Er is in Europa veel aan de gang rond makelaars en commissiestromen. Ook de FIFA volgt dergelijke transacties van kortbij en gaat de percentages van zaakwaarnemers trachten in te perken. De wereldvoetbalorganisatie wil vanaf volgend seizoen een maximale commissie van tien procent op de totaal betaalde transfersom als maatstaf houden. Topmakelaars als Mino Raiola en Jonathan Barnett voelen zich geviseerd en willen stappen ondernemen.
Momenteel kunnen zaakwaarnemers voor hun tussenkomst bij transfers vragen wat ze willen. Het zint de FIFA niet dat er veel geld uit de voetbalwereld verdwijnt naar tussenpersonen. In het huidig kalenderjaar alleen al ging er in totaal 450 miljoen euro naar tussenpersonen betrokken bij transfers. Ook in 2020, nochtans gedomineerd door corona, was dat en soortgelijk bedrag. De FIFA komt met maatregelen op de proppen: maximaal tien procent per transfer.
Er wordt ook een limiet opgelegd voor de commissie die agenten vragen van de speler die ze begeleiden: maximaal drie procent van het spelersloon. De Wereldvoetbalbond vindt de restricties noodzakelijk om abnormale percentages aan banden te leggen. In een rapport wordt een voorbeeld aangehaald waarbij een makelaar 118 procent van de transfersom incasseerde voor een transfer van een Franse ploeg naar een Duits team.
PROTEST
Belangenbehartigers als Raiola en Barnett zijn furieus over het nieuwe kader dat door de FIFA wordt voorgesteld. Ze vinden het allerminst prettig dat de instantie in hun portefeuille komt tasten. Een groep van enkele topmakelaars plant daarom juridische stappen tegen de FIFA. De nieuwe regel zou vanaf 1 juli 2022 van kracht worden. Bijkomend wil de FIFA dat ook nationale voetbalfederaties tegen dan strikter gaan optreden tegen spelersmakelaars.