Behoudens grote verrassingen wordt Nicolas Castro de eerste zomertransfer van KRC Genk. De 21-jarige is een technisch onderlegde nummer tien die de ploeg van Wouter Vrancken van de nodige offensieve impulsen en creativiteit moet voorzien. Castro is dan ook een totaal ander type-voetballer dan Kristian Thorstvedt, die voor tien miljoen euro vertrok naar Sassuolo, hoewel de Argentijn wordt bestempeld als de opvolger en als de vervanger van de Noor.
DE CONDÉ IN MONEY TIME
Dimitri de Condé realiseerde een knappe deal met de verkoop van Kristian Thorstvedt (tien miljoen euro, Sassuolo), want in januari 2020 betaalde de Head of Football ‘maar’ anderhalf miljoen euro voor hem. De sportieve leider van KRC Genk wendt die recent verworven miljoenen aan om Nicolas Castro (Newell’s Old Boys) naar de Cegeka Arena te halen. De 21-jarige vertoeft sinds donderdag in België en hij wordt eerstdaags voorgesteld als de eerste zomertransfer van de club.
Volgens Het Belang van Limburg zou Nicolas Castro zo’n 3,2 miljoen euro kosten, met potentieel nog 450 duizend euro extra aan verschillende variabelen en bonussen. De Argentijn ondertekent een vierjarig contract bij KRC Genk, die oorspronkelijk nochtans op weg leek naar Eintracht Frankfurt. De Duitsers kozen in extremis voor Mario Götze, waardoor Dimitri de Condé zijn kans schoon zag om zich alsnog in de deal te mengen en uiteindelijk Castro naar Genk te halen.
GÉÉN OPVOLGER VAN THORSTVEDT
Door het vertrek van Kristian Thorstvedt wordt Nicolas Castro omschreven als de opvolger en de vervanger van de Noor. Maar dat lijkt echter te kort door de bocht. Castro is een technisch onderlegde nummer tien, het rugnummer dat hij ook droeg bij Newell’s Old Boys, die ook centraal op het middenveld kan spelen, terwijl Thorstvedt een speler is die het vooral moet hebben van zijn fysieke kwaliteiten, onverdroten inzet en infiltraties.
Zijn gewezen jeugdcoach Marcelo Werlen omschrijft Nicolas Castro in Diario Popular als een uitstervend ras en hij vergeleek hem op basis van zijn technische kwaliteiten zelfs ooit met ex-Argentijns international Juan Ramon Riquelme. Het is duidelijk dat de uitgesproken kwaliteiten van Kristian Thorstvedt en Castro niet van hetzelfde soort zijn, waardoor de Argentijn niét kan beschouwd worden als een één-op-één-vervanger van de Noor.
WERK VOOR CASTRO
Nicolas Castro werd bij Newell’s Old Boys bovendien doorgaans uitgespeeld als aanvallende middenvelder of als nummer tien, terwijl Kristian Thorstvedt bij KRC Genk zich iets lager positioneerde op het veld, maar weliswaar veel infiltraties pleegde. De Argentijn, die 1 meter 81 meet, zal vooral op het fysiek vlak niet dezelfde bijdrage kunnen leveren zoals Thorstvedt, 1 meter 89. De Noor ging vorig seizoen bijvoorbeeld 25 duels aan per wedstrijd, terwijl dat gemiddelde van Castro bij Newell’s zowat de helft lager lag. Dezelfde constatering geldt trouwens voor de luchtduels.
Nicolas Castro zal op het offensief gebied het verschil moeten maken en dat zal voornamelijk gebeuren bij de dreiging voor het doel, creativiteit en de kansencreatie. Maar in verschillende paramters scoorde Kristian Thorstvedt toch nog opmerkelijk beter dan de Argentijn, zoals bij de verticaliteit in de passing en de doorbrekende passes, sleutelpasses, zuiverheid en aantal van de verstuurde passes, kansencreatie voor de ploegmaats, alsook versnellingen en acceleraties met en zonder de bal …
Uiteraard zijn er grote verschillen tussen de Argentijnse en Belgische competitie op het gebied van intensiteit en tactiek, waardoor Nicolas Castro zich eerst grondig zal moeten aanpassen aan zijn nieuwe voetbalomgeving. Daarnaast is het tevens geen geheim dat Zuid-Amerikaanse voetballers veel tijd nodig hebben om zich te acclimatiseren aan de Europese cultuur en andere gewoontes naast het veld. Hoe Castro zich zal adapteren bij KRC Genk blijft daarom nog een open vraag, maar de stelling dat hij de vervanger en opvolger is van Kristian Thorstvedt, die kunnen we dus wel al ontkrachten.