In april 2021 stond de voetbalwereld enkele dagen lang op zijn kop toen twaalf Europese grootmachten het plan voorstelden om een eigen Super League op te richten, een gesloten competitie waarin zij zeker zouden zijn van hun plaats. Het plan hield echter niet lang stand, want twee dagen later hadden negen van de twaalf clubs zich onder enorme druk van de publieke opinie al teruggetrokken.
Helemaal dood en begraven was de Super League echter nog niet, omdat Real Madrid, FC Barcelona en Juventus zich halsstarrig aan het plan bleven vastklampen. Eén van de stappen die ze ondernamen om de competitie alsnog van de grond te krijgen, was om het monopolie van de FIFA en UEFA aan te kaarten bij het Europees Hof van Justitie. Dat plan lijkt echter als een boemerang in hun gezicht terug te keren.
In een eerste opinie kiest Athanasios Rantos, de advocaat-generaal van het Hof, duidelijk de kant van de UEFA. Hij stelt dat het monopolie van de internationale bonden geen inbreuk vormt op het mededingingsrecht, zoals de Super League-clubs opperden. "Hoewel het de Super League Company vrij staat zich af te scheuren en zijn eigen competitie buiten het ecosysteem van de UEFA en FIFA op te richten, kunnen hun clubs niet blijven deelnemen aan de competities van de UEFA en FIFA zonder toestemming van de respectievelijke bonden", klinkt het.
SANCTIES OP KOMST?
Die interpretatie zet de deur wagenwijd open voor de UEFA om sancties te treffen tegen de betrokken clubs, zoals de Europese bond aanvankelijk ook van plan was. Al moet er wel nog enig voorbehoud aangetekend worden, want het gaat slechts om een eerste opinie en nog niet om een definitieve uitspraak. Die wordt pas in 2023 verwacht. Het Hof volgt wel in 80 procent van de zaken de opinies van zijn advocaten, dus de kans lijkt zeer groot dat de Super League van een kale reis zal terugkeren.