Wanneer de transfermarkt deze zomer precies plaats zal vinden weet niemand, maar vast staat wel dat Ryota Morioka op flink wat interesse zal kunnen rekenen. De Japanner was dit seizoen dé grote revelatie bij Charleroi, waar hij een van de voornaamste architecten achter het onverhoopt succes vormde. Prestaties die Antwerp wel konden bekoren, want naar verluidt wil Laszlo Bölöni hem er graag bij. Al is het nog maar de vraag welke rol hij voor de middenvelder dan voor ogen heeft.
TERUG NAAR DE TOP
Voor Morioka zelf is de interesse van The Great Old alvast een nieuwe bevestiging van zijn rijzende ster in België. Onder de vleugels van Philippe Clement maakte hij in 2017 zijn debuut en meteen ook indruk in ons land als spelverdeler van Waasland-Beveren, met zes maanden later reeds een toptransfer naar Anderlecht tot gevolg. Daar stootte de held van de Freethiel met Hein Vanhaezebrouck echter op een té tactisch georiënteerde coach, waardoor zijn intuïtieve kwaliteiten niet volledig tot uiting kwamen.
Na een jaar in het Lotto Park gooide Charleroi in januari 2019 de reddingsboei. De Japanner werd eerst gehuurd en later voor anderhalf miljoen definitief gekocht, een peulschil zo blijkt nu Karim Belhocine weer het beste in hem naar boven bracht. Morioka regeert over Het Zwarte Land, strooit kwistig met goede passes en kijkt ook op geen inspanning meer of minder. Op 28-jarige leeftijd bevindt hij zich bovendien op de top van zijn kunnen, dus een beter moment om een stap hogerop te zetten is er niet. Zeker niet nu Antwerp wel eens de ideale bestemming zou kunnen zijn.
GEEN STIJLBREUK
Het is geen geheim dat Charleroi weinig geeft om balbezit. Belhocine speelt zijn tegenstander namelijk liever uit verband met razendsnelle omschakelingen, waarbij Morioka een centrale rol vervult. Voor het overige houden de Zebra’s de rangen vooral goed gesloten, zo getuigt het feit dat alleen Club Brugge minder tegendoelpunten slikt. In alternatieve rankings die aangeven welke ploegen het meeste balbezit hebben of het hoogste aantal passes afleveren, vinden we de Karolo’s echter onderaan terug.
Slechts 46 procent van de tijd heeft Charleroi het leer in bezit, al doet Antwerp opvallend genoeg maar net iets beter met 48%. Net zoals op Mambourg houden ze op de Bosuil dus van veel verticaliteit, zij het minder vanuit een strikte defensieve organisatie. Ook op het vlak van zuiverheid in de passing doet het stamnummer één met 80,5 procent niet zo heel veel beter dan Charleroi (77,8%). Mocht Morioka deze switch werkelijk maken, zal het verschil in de voetbalfundamenten dus niet énorm veranderen.
GELIJKAARDIGE FORMATIES
Op de koop toe zien we ook tussen de formaties die beide teams hanteren heel wat gelijkenissen. Net zoals Belhocine opteert Bölöni doorgaans immers voor een 4-2-3-1, waarbij een van de offensievere pionnen geregeld nog opgeofferd wordt om een extra buffer voor de verdediging te zetten. In Charleroi maken Morioka en vaste partner Marco Ilaimaharitra hoe dan ook steevast de dienst uit in de centrale as. Op de Bosuil durft de concrete samenstelling van het middenveld daarentegen al wat vaker variëren.
De enige twee certitudes in Antwerpen zijn Faris Haroun en Alexis De Sart, die – wanneer hij eens fit is – af en toe nog het gezelschap krijgen van Steven Defour. In de aanvallendere variant heeft Bölöni dan weer de keuze uit Lior Refaelov, Koji Miyoshi en Kevin Mirallas als nummer tien. Die eerste leverde al bij al weer een knappe campagne af, maar als Antwerp écht mee wil doen om de prijzen mag er hier toch nog wat kwaliteit bij. Enter Morioka, die met zijn polyvalentie beide systemen moeiteloos aankan.
PLAATS IN DE HIËRARCHIE
Net zoals destijds in Beveren is Morioka in Charleroi wel dé man. Het gros van de acties loopt dus via zijn voet, terwijl hij zich in Anderlecht moest schikken in het geheel. Hoe zou de status van de Japanner op de Bosuil zijn? Wat het opeisen van de bal betreft, moet hij alvast alleen Defour laten voorgaan. Die verstuurt per match 48 passes, waarvan 84 procent aankomt. Knappe cijfers, al doet Morioka (41 en 80,9%) nauwelijks onder. Zeker omdat hij veel moeilijkere – en dus ook meer beslissende – ballen trapt.
Behalve Defour is in Antwerpen alleen Haroun nog preciezer (83%), zij het opnieuw aan een lager risico én volume (34 passes). De Sart zit zelfs aan ‘amper’ 74 procent op 26 stuks, terwijl Refaelov slechts 73% van zijn 31 passes tot bij een ploegmaat brengt. Dat Morioka de kans zou krijgen om Antwerp bij de hand te nemen, is dus misschien zelfs een understatement. Meer nog: de Great Old snakt naar zulk een dirigent. Zeker nu die dankzij zijn recente ontwikkeling ook zonder bal van grote waarde kan zijn.
KONING DER INTERCEPTIES
Belhocine – en daarvoor al Felice Mazzu – toverde Morioka om van een prima donna naar een noest werkende, recupererende doch nog steeds stijlrijke middenvelder. In Charleroi vormt hij de onmisbare link tussen verdediging en aanval, zonder daarbij het vuile werk te schuwen. De Japanner telde met zijn 175 stuks dit seizoen zelfs het op één na meeste recuperaties in de volledige Jupiler Pro League. Alleen Moeskroen-breekijzer Frank Boya, niet toevallig eveneens een Antwerps target, deed nog beter.
Verdeeld over 29 wedstrijden weet Morioka gemiddeld dus zes keer per match de bal te ontfutselen van zijn tegenstander, waarmee hij beter doet dan zowel De Sart (vier), Haroun áls Defour (elk vijf). Een enorm surplus voor een speler met zijn offensieve bijdrage, zo getuigt het veel geringer defensief aandeel van bijvoorbeeld Refaelov (één recuperatie) of Mirallas (twee stuks). Zowel in aanvallend als verdedigend opzicht is Morioka dus een wapen dat Antwerp maar al te goed zou kunnen gebruiken.
MEESTER IN DE DUELS
De bal veroveren gaat uiteraard vaak gepaard met het beslechten van duels, en ook in dat onderdeel van het spelletje maakte Morioka dit seizoen gigantische sprongen. Zeker op defensief vlak, waar hij meer lijf-aan-lijfgevechten aanging én won (tien waarvan 61,5 procent geslaagd) dan in het offensieve compartiment (7,61 duels aan 44%). Andermaal statistieken waarmee de draaischijf van het huidige nummer drie in de stand zijn potentieel toekomstige concullega’s, die iets lager vertoeven, aftroeft.
Op de Bosuil ondernam niemand meer defensieve duels, noch kunnen ze een beter slaagpercentage voorleggen. Qua volume komen zelfs alleen Defour en De Sart (elk acht duels aan respectievelijk 55 en 53%) in de buurt, zij het op minder efficiënte wijze. Op dat vlak moet Haroun (60%) dan weer weinig onderdoen, al blijft de Antwerpse aanvoerder wel steken op slechts vier van zulke acties per match. De eens zo frêle artiest brengt in zijn uitgebreide pakket dus ook nog eens flink wat power met zich mee.
DE MISSING LINK?
We kunnen bijgevolg concluderen dat de vele capaciteiten van Morioka uitermate geschikt zijn voor het spelbeeld van de Antwerpenaren. Indien Charleroi niet het onderste uit de kan wil puren, hoeft Luciano D’Onofrio dus niet te twijfelen om hem naar de Bosuil te vragen. De vraag blijft echter hoe Bölöni en co het team daar verder zien evolueren, en welke beslissing er weldra genomen wordt rond Defour en Mirallas. Beiden zijn einde contract en kunnen eventueel vervangen worden door Morioka.
Hoe dan ook is voor een speler van zijn kaliber, met een overschot aan kwaliteiten én een polyvalentie die altijd handig van pas kan komen, sowieso plaats op de Bosuil. Meer zelfs, wie weet vormt hij wel de missing link om op sportief vlak die laatste stap richting de status van een gevestigde Belgische topclub te zetten. Waar Morioka dan precies plaats zou moeten nemen in de Antwerpse as, zijn zorgen voor later. Per slot van rekening trekt hij zich tegenwoordig zowat overal wel uit de slag.
POLL: Is Morioka een meerwaarde voor Antwerp?