VoetbalNieuws.be benaderde mij, als Nederlands journalist om vanuit Nederlands oogpunt een wekelijkse column te schrijven over het Belgische voetbal. Nou valt dat al niet mee, omdat we in Nederland nog liever naar een wit geverfde muur kijken dan naar jullie flutcompetitie, maar ik ben de beroerdste niet. Met pijn in de ogen en het hart heb ik zelfs beelden bekeken en Belgische kranten gelezen.
Wat ik zag, viel me niet mee. Ik stemde af op Gent (is het nou AA of KAA, voor niemand behalve een Belg is dit duidelijk) tegen Club Brugge. Toch een beetje de crème de la crème van het Belgische voetbal in actie. En na al die lyrische verhalen over Noa Lang en Ruud Vormer was ik eerlijk gezegd nog wel een beetje nieuwsgierig ook.
Die nieuwsgierigheid verdween als sneeuw voor de zon. Bij Gent stond nota bene Tarik Tissoudali in de basis, die in Nederland overal is mislukt behalve in de tenenkrommend slechte tweede divisie. Sven Kums zag ik, die het bij SC Heerenveen week na week voor elkaar kreeg om bij tienduizenden stadionbezoekers de vraag op te roepen of Kums eigenlijk meegedaan had. En Laurent Depoitre is ook mooi. Zijn kwaliteit? Hij is groot en sterk. Voetballen is teveel gevraagd.
Maar ik keek dus vooral naar Vormer en Lang. De verhalen in België waren dat Vormer een topspeler is. Hij werd zelfs al eens verkozen tot de beste speler van de Belgische competitie. Dat moet toch wel het grootste failliet van het Belgische voetbal uit de historie zijn. Vormer is namelijk een bijzonder matige voetballer. Iemand die flopte bij Feyenoord en meehobbelde bij Roda JC. In Nederland vooral herinnerd om zijn rare piepstemmetje en boze blikken als hij weer eens iets doms gedaan had met de bal.
Na een wedstrijdje Club Brugge kan wel vastgesteld worden: Vormer is nog net zo matig als vroeger in de Eredivisie. Alles op één tempo, heel druk doen, veel hollen en de pseudo-leider uithangen. Echt goed is hij nergens in. En toch draagt hij de band, is hij de zogenaamde leider. Nou, hij weet het allemaal bijzonder goed verborgen te houden.
Belgen willen zo graag beter zijn dan Nederlanders en dat vinden wij Nederland allemaal erg vermakelijk, omdat wij ons nog nooit drukgemaakt hebben om het Belgische voetbal. Maar als je dan denkt dat je het verschil gaat maken met Eredivisie-afval als Vormer, Kums en Tissoudali… Dat is hetzelfde als met Stoffel Vandoorne onze Max Verstappen aan willen vallen. Kansloos.
Dan rest mij alleen nog Noa Lang. Bij Ajax vonden ze hem simpelweg te licht en daarnaast bijzonder arrogant. Lang praat alsof hij zijn jeugd heeft doorgebracht in Marokko, maar dat accent heeft hij toch echt zichzelf aangeleerd om te klinken als een jongen van de straat. Ajax was hem liever kwijt dan rijk, omdat Lang zichzelf de beste voetballer op de aardbol vindt. Bij FC Twente deed hij het op huurbasis best redelijk, maar heeft ook niemand een traan gelaten na zijn vertrek.
In België klonk razendsnel dat Lang een wondervoetballer was. In een deuk lagen we hier, maar zijn statistieken zijn natuurlijk gewoon best aardig. Tegen Gent was Lang tenenkrommend beroerd. Precies zoals we hem kennen: overmoedig, onrustig en dat met de houding van een vedette van Real Madrid. Na afloop klonk uit de mond van Lang dat het weer aan van alles lag, behalve aan zichzelf. Ook Lang is dus niets veranderd. Verrassend.
RB