Het lijkt erop dat de laatste tijd alsmaar meer financiële wanpraktijken in het topvoetbal naar buiten komen. In ons land is Operatie Zero natuurlijk al enkele jaren aan de gang, al mogen we daarin snel weer nieuwe ontwikkelingen verwachten. Maar ook in andere landen zijn er de nodige schandalen aan de gang. In Portugal werden enkele dagen geleden de nodige huiszoekingen gedaan en ook in Italië ontspint zich een gerechtelijk onderzoek rond Juventus.
De Italiaanse justitie is zaterdag immers binnengevallen in de kantoren van de Oude Dame in Turijn en Milaan, waarbij heel wat documenten in beslag genomen hebben. In het onderzoek worden vooral voorzitter Andrea Agnelli, vice-voorzitter Pavel Nedved en gewezen technisch directeur Fabio Paratici (nu bij Tottenham) geviseerd, omdat ze tussen 2019 en 2021 gesjoemeld zouden hebben bij transfers.
Het bestuur van Juventus wordt ervan beschuldigd de financiële cijfers opgesmukt te hebben door de transferwaardes van zijn spelers bij ruildeals te hoog in te schatten, terwijl er ook facturen uitgegeven zouden zijn voor transfers die nooit gebeurd zijn. Volgens Tuttosport viseert justitie ruildeals met onder meer FC Barcelona (Arthur-Pjanic en Marques-Matheus Pereira), Manchester City (Danilo-Cancelo), Marseille (Aké-Tongya), Sampdoria en Genoa.
CALCIOPOLI
Juventus lijkt zo weer het middelpunt te worden van een Italiaans voetbalschandaal, vijftien jaar na de vorige keer. In 2006 werd Juventus immers nog veroordeeld in het zogenoemde Calciopoli-schandaal. Daarin werd Juve ervan beschuldigd de aanduiding van scheidsrechters beïnvloed te hebben, waarvoor ze als straf hun titels in 2005 en 2006 moesten inleveren en degradeerden naar de Serie B.