Het moest van ver komen, maar Italië is doorgedrongen tot de halve finales van de Confederations Cup.
La Squadra Azzurra mazzelde woensdag (lokale tijd) in Recife en klopte Japan met 4-3 in een waar spektakelstuk. Cesare Prandelli is bovenal opgelucht; zijn landgenoot en evenknie bij Japan, Alberto Zaccheroni, is ondanks de nederlaag trots op zijn elftal.
"We verdienden de overwinning op Mexico, maar nu hebben we als gekken geworsteld", vertelt Prandelli na de zwaarbevochten driepunter. "We moeten zien om te gaan met de luchtvochtigheid." De bondscoach baarde opzien door Alberto Aquilani na een halfuur (!) van het veld te halen en Sebastian Giovinco binnen de lijnen te brengen. De wissel vond plaats in een fase waarin Japan oppermachtig was en uiteindelijk bleek het een gouden zet, want Giovinco besliste het duel. "In de eerste 25 minuten wisten we niet wat we moesten doen", verklaart Prandelli. "We kregen het uiteindelijk op de rails en probeerden het resultaat te koesteren, omdat de energie op was."
Zaccheroni, wiens ploeg definitief is uitgeschakeld, trekt na afloop de vergelijking met het
WK-duel tussen Italië en Duitsland van 1970, dat ook in 4-3 eindigde. "Beide teams waren moedig en speelden voor de overwinning. Natuurlijk betreur je het enorm, wanneer je kansen krijgt om de wedstrijd te winnen en minuten later de beslissende tegentreffer incasseert. Mijn spelers verdienden zoveel meer", meent de bondscoach. "De spelers benaderden het duel met moed en vastberadenheid. We zetten de vicekampioen van Europa en een kanshebber voor de wereldtitel onder druk."