Het is een vreemde week geweest voor Club Brugge. Niemand sprak nog over de laatste competitiewedstrijd van zondag tegen Union, want enkele dagen geleden raakte bekend dat Bart Verhaeghe de club te koop gezet heeft. Na twaalf jaar aan het roer gestaan te hebben, lijkt de sterke man er genoeg van te hebben. Eén van de factoren die ongetwijfeld zal meespelen, is de slakkengang waarmee het stadiondossier voortgaat.
Het was van het prille begin de ambitie van Verhaeghe om Club eindelijk een nieuw stadion te bezorgen, maar intussen staat Blauw-Zwart op dat vlak eigenlijk nog geen stap verder. Nadat in februari de omgevingsvergunning voor de bouw van een nieuwe tempel op de Olympiasite vernietigd werd, mocht het weer opnieuw beginnen. Daardoor blijft Club voorlopig gekluisterd aan het Jan Breydelstadion en dat is een flinke rem op hun groei.
Niet alleen zit het stadion voor elke wedstrijd afgeladen vol, het is gewoon versleten. Jan Breydel zit onder de schimmel en betonrot en de voorbije maanden verschenen al meermaals schrijnende beelden op sociale media. Daardoor komen stilaan ook de Europese ambities van Club in gevaar. Het Laatste Nieuws schrijft immers dat het stadion vanaf 2024 mogelijk niet maar aan de Europese normen zal voldoen, als de UEFA die gaat verstrengen.