KRC Genk is een club die zich knap in de Belgische top wist te nestelen. De financiële balans, de jeugdwerking, de accommodatie… Het is allemaal Belgische top. Alleen zit er na de sterke jaren toch al een jaar verval in de prestaties. Het is tijd dat er terug een opwaartse spiraal komt.
Te wisselvallig in 2023
Wouter Vrancken eindigde vijfde bij de verkiezing van Trainer van het Jaar op het gala van de Gouden Schoen. Bepaalde mensen vonden dat vreemd, maar dat was het niet. 2023 was een pover jaar voor Racing Genk. Ze deden weliswaar tot de laatste dag in mei mee voor de titel, maar Genk gaf de titel én de beker weg door matige resultaten. Sinds 1 februari ging het helemaal mis. Ze haalden toen in de competitie nog een 25 op 54. In de beker verloren ze kansloos van Antwerp. Dan kan je een trainer onmogelijk straffe punten geven. Zeker als nadien de resultaten pover bleven.
Racing Genk kende een teleurstellend Europees seizoen, werd door tweedeklasser KV Oostende uitgeschakeld in de Croky Cup en eindigde 2023 als 5de. Dat is beneden de verwachtingen. Als we de periode van 1 februari 2023 tot 1 februari 2024 gaan analyseren, dan is de balans simpelweg slecht voor een topclub. Genk speelde 56 matchen. Het won er amper 19!, speelde 22 keer gelijk en verloor maar liefst 15 duels. Als rapport is dat een 79 op 168, oftewel 47,02%. Dat is dus gebuisd.
Zijn er verzachtende omstandigheden? Deels. KRC Genk verloor met Paul Onuachu, Mike Trésor, Daniel Munoz en Gerardo Arteaga vier basispionnen, maar die laatste twee misten nog maar één match na hun vertrek. Vrancken kreeg de afgelopen 3 mercato’s ook voor 35 miljoen euro aan nieuwe spelers, al had Ken Nkuba (3,75 miljoen euro) nog geen impact. Het is duidelijk dat Genk zich moet herpakken. Tegen Union SG moet er een rechtzetting komen voor de povere start van 2024.
Vertrekkende spelers
Het siert Genk dat ze het met eigen middelen doen. Ze zijn inzake het vinden van buitenlandse talenten dé ploeg bij uitstek in België die daar al jaren heel veel indruk mee maakt. Daardoor kregen ze Europees toch wel de nodige aanzien en terecht. Doordat ze jaarlijks een gat van ongeveer 20 miljoen euro moeten dichtfietsen, zijn er vaak in januari al vertrekkers. Dat is uiteraard niet ideaal voor een trainer.
Wil dat zeggen dat Racing Genk na het vertrek van Munoz en Arteaga het mag vergeten om nog een goed seizoen te kennen? Neen, allerminst. Het verleden bewees dat die impact altijd vrij miniem was, enkel bij Onuachu ging het nadien echt duidelijk bergaf. Al waren beiden als flankverdedigers wel heel belangrijk voor het voetbal van Vrancken. Kayembe en Nkuba staan voor een zware taak om snel hetzelfde te leveren.
Een overzicht van de spelers die Genk de afgelopen jaren in januari-maart verlieten:
- Daniel Munoz en Gerardo Arteaga: 12,5 miljoen euro -> van 5de naar voorlopig 6de plaats
- Paul Onuachu: 18 miljoen euro -> van 1ste naar 3de plaats
- Joakim Maehle: 13,5 miljoen euro -> 2de gebleven
- Sander Berge en Ally Samatta: 35,5 miljoen euro -> van 6de naar 7de plaats (coronajaar)
- Alejandro Pozuelo: 9 miljoen euro -> 1ste gebleven
- Wilfred Ndidi en Leon Bailey: 34,3 miljoen euro -> van 8ste naar winst PO II
Racing Genk wordt terecht als een Belgische topclub aanzien. Dan ligt de lat ook hoog en dan neemt de druk ook toe als je op een zesde plaats staat geparkeerd. Met de rug tegen de muur, en daar Genk toch stilaan als het nog wil meespelen voor de titel, staan topclubs vaak op. Lukt dat ook in de Cegeka Arena?
CR