Bart Verhaeghe heeft genoeg gezien: Ronny Deila blijkt dan toch niet de geschikte persoon om komaf te maken met de crisis in Jan Breydel. Club Brugge moet dus alweer op zoek naar een nieuwe trainer, een speurtocht die naar verluidt al een tijdje bezig is. De volgende kandidaat-opvolgers staan vast en zeker op de voorzitter zijn radar.
Zelf weigert Deila de handdoek te werpen, maar hoewel hij nog steeds de spelers hun steun geniet lijkt de Noor eerstdaags zijn C4 te krijgen. Nog geen jaar nadat zijn controversiële overstap van Standard al handenvol geld kostte moet Club, dat hem tot medio 2026 vastlegde, dus al zijn dure ontslagpremie ophoesten. Net zoals dat afgelopen seizoen reeds met Carl Hoefkens en vooral Scott Parker gebeurde.
Hayen in voetsporen De Mil
Na jaren van stabiliteit in de dug-out is Jan Breydel zo plots een duiventil geworden. Indien ook Deila straks al het gelag betaalt voor de tegenvallende resultaten neemt Nicky Hayen wellicht het roer over als T1 ad-interim. Net zoals Rik De Mil een jaar geleden doet de coach van Club NXT, al dan niet al in samenwerking met de nieuwe technisch directeur, in principe dus louter tijdelijk dienst als tussenpaus.
Wie weet krijgt hij de touwtjes wél definitief in handen, maar waarschijnlijker is dat Verhaeghe nadien toch een andere trainer rekruteert. Voor het eerst zónder afscheidnemend CEO Vincent Mannaert, die in tegenstelling tot zijn opvolgers Bob Madou en Dévy Rigaux niet meer betrokken wordt in dat proces. Als er vlug een TD wordt gevonden krijgt ook hij ongetwijfeld inspraak bij de invulling van de vacature.
Niet dat Verhaeghe nood heeft aan iemand om zijn hand vast te houden: de voorzitter speelde tevens een rol bij de aanstelling van de laatste twee bondscoaches. Toch blijft de impasse in de bestuurskamer een hinderende factor. De timing is eveneens verre van ideaal. Zowel in eigen land als in Europa vallen er nog belangrijke doelstellingen te verwezenlijken. Vandaar ook de keuze voor een interne oplossing.
Verhaeghe zoekt opvolger Deila
Naar volgend seizoen toe is het na de miscasts van de voorbije jaren echter tijd om een einde te maken aan de trainerscarrousel. Club gooide de afgelopen weken niet zomaar al voorzichtig lijntjes uit: alle opties moeten zorgvuldig worden uitgestippeld. Haast is er tenslotte niet mee gemoeid, Verhaeghe en co kunnen rustig hun tijd nemen. Al bood dat in het geval van Deila weliswaar geen garantie op succes.
Ondanks de kwalificatie voor de kwartfinale van de Conference League was de liefde al even bekoeld, de nederlaag in Sint-Truiden blijkt nu de druppel. Deila schuwt zijn verantwoordelijkheid niet en beseft dat zijn krediet bij zowel de fans als zijn bazen onherroepelijk is opgebruikt. Maar wie is er dan wél in staat om, liefst ook eens op de lange termijn, de torenhoge verwachtingen in Westkapelle in te lossen?
Voor de toekomstige TD zijn ervaring en kennis van de competitie volgens Madou alvast aanzienlijke troeven. Hoewel ook de internationale markt wordt verkend parameters die mogelijk tevens bij de zoektocht naar een T1 worden vooropgesteld. Michel Preud'homme heeft geen zin en voor De Mil zijn terugkeer is het nog wat vroeg, maar dicht bij huis lopen er nóg heel wat potentiële kanshebbers rond.
Karel GERAERTS (Schalke 04)
Dé uitgesproken favoriet. Na zijn knappe prestaties met Union lag Geraerts vorig jaar al in balans met Deila, die Mannaert zijn voorkeur wegdroeg. Nu hij vertrekt ligt de weg vrij. Momenteel is de ex-speler wel nog aan de slag bij Schalke 04, waar hij evenwel eveneens op de wip zit. Misschien is Geraerts dus wel in staat om al sneller over te nemen. De fans zouden hem alleszins met open armen verwelkomen.
Hein VANHAEZEBROUCK (AA Gent)
Dan zijn de gevoelens omtrent Vanhaezebrouck gemengder. Sommigen vinden het een ideale match, anderen merken onder meer op hoe de trainer van rivaal AA Gent teveel wil wegen op het beleid om zich te schikken binnen de (nieuwe) structuur. Zelf ontkent hij stellig de geruchten rond zijn persoon, al weet je met zijn aflopend contract toch maar nooit. Verhaeghe zit niet verlegen om zulk een stunt.
Alexander BLESSIN (Union)
Of om te shoppen bij een rechtstreekse concurrent: in het verleden plukte hij bijvoorbeeld ook Philippe Clement weg nadat die de titel pakte in Genk. Waarom dan geen poging wagen bij Blessin, wiens profiel perfect past bij de club? Het buitenland lonkt wel voor de charismatische Duitser, die om privéredenen vooral een terugkeer naar zijn thuisland genegen is. Of kan Club hem en Union toch laten toehappen?
Mark VAN BOMMEL (Antwerp)
Of gaat het voor een nog straffer huzarenstukje door Van Bommel te verleiden? De kans dat Antwerp meewerkt oogt nihil, maar hoewel hij vragen over zijn toekomst steevast ontwijkt dreigt de architect achter de dubbel de Bosuil sowieso te verlaten. Een verhuis naar Brugge lijkt weliswaar niet de opstap die iedereen in gedachten heeft. Al hoeft hij zich er tenminste geen zorgen te maken over het budget.
Miron MUSLIC (Cercle Brugge)
Vergeleken met de beredeneerde Nederlander is Muslic één brok passie. Een ambitieuze winnaar ook, met een intense stijl die past bij het huis en het vuur ook in de blauwe kant van Jan Breydel weer kan aanwakkeren. Of hij beter dan Deila omgaat met de druk is wel nog een vraagteken. De geslaagde race richting de play-offs, waarin hij zich nog twee keer kan bewijzen, doet alleszins het beste vermoeden.
Thorsten FINK (STVV)
Het is geleden van 2017 dat Club een coach in de rechterhelft van de tabel zocht. Toen weekte het Ivan Leko los bij STVV, waar Fink zopas Deila zijn lot bezegelde. Bovenop zijn verdiensten in Sint-Truiden beschikt de 56-jarige Duitser over een indrukwekkend CV. Een tactisch onderrichtte vakman, die vertrouwd is met het klappen van de zweep bij een topploeg en niet te veel inspraak in het transferbeleid opeist.
Besnik HASI (KV Mechelen)
In het buitenland wou het niet lukken, maar in Mechelen bewees Hasi dat hij toch nog eens een kans verdient bij een Belgische club die om de prijzen speelt. Omwille van zijn verleden bij de aartsrivaal is de voormalige kampioenenmaker van Anderlecht, die reeds aan AA Gent wordt gelinkt, wel geen voor de hand liggende keuze. Net als Vanhaezebrouck niettemin een vrije, doch nog veel goedkopere vogel.
Timmy SIMONS (Dender)
Dan toch liever een eigen icoon? Geraerts behoort tot de categorie van Leko en Hoefkens, maar veel meer dan Clement is Simons een rasechte legende. Net als Jan Ceulemans destijds, wat helaas op een sisser uitdraaide. Als jonge trainer duldt hij ongetwijfeld inmenging van bovenaf en klopt de combinatie met een ervaren TD als Francky Dury. Of durft Verhaeghe die sprong na Hoefkens niet meer te wagen?
Will STILL (Stade Reims)
Net zoals Stijn Stijnen, met Patro Eisden een concurrent in de promotiestrijd, moet Simons allicht eerst zijn strepen verdienen op het hoogste niveau. Dan past Still na zijn wapenfeiten in Frankrijk beter bij de status van Blauw-Zwart, waar zijn broer ooit nog werkzaam was. Zelf droomt de halve Engelsman van de Premier League. Clement en Alfred Schreuder lieten zien hoe Club een tussenstap kan vormen.
AD