Heel recent nog had Herman Brusselmans een rechtszaak aan zijn been. Dat kwam door een aangebrande column omtrent de situatie in de Gaza-strook. Het weerhoudt de schrijver er niet van om zijn mening te zeggen, deze keer rekende hij af met de pas overleden Paus.
Aangebrande column
Brusselmans werd onlangs door de rechtbank vrijgesproken voor inbreuken op de antiracisme- en negationismewetgeving. Een zaak die was aangespannen door het Joods Informatie- en Documentatiecentrum (JID).
In een column bij Humo had Brusselmans onder meer geschreven: "Ik zie een beeld van een huilend en schreeuwend Palestijns jongetje dat helemaal buiten zinnen om z'n onder het puin liggende moeder roept, en ik beeld me in dat dat jongetje m'n eigen zoontje Roman is, en de moeder m'n eigen vriendin Lena, en ik word zo woedend dat ik iedere Jood die ik tegenkom een puntig mes los door de keel wil rammen."
Woorden die bij verschillende mensen afschuw opwekten, niet in het minst bij de Joodse gemeenschap. Brusselmans ging stevig door het stof maar werd dus niet veroordeeld door rechtbank.
"Verpatst aan landen met hongersnood"
Ook in zijn meest recente schrijfsel bij Humo kwam er een scherpe mening, deze keer over de pas overleden Paus. Dat Brusselmans niet echt hoog oploopt met hem, is een understatement.
"Ook over hem (de net overleden paus) is weinig interessants te melden, behalve dat hij miljardair was door de verkoop in het zwart van cibories, monstransen, pausmobielen en hosties die hij voor te veel geld verpatste aan landen waar hongersnood heerste. Op de dag voor z’n dood leefde hij nog, sprak hij het urbi et orbi uit in het openbaar, en iedereen dacht: wedden dat die sukkel morgen het hoekje omgaat? En zulks geschiedde", zo klonk het hard bij de schrijver.