Hij maakte indruk op het
WK, Arjen Robben. Niet alleen won Nederland zijn eerste twee wedstrijden en was het daarmee het eerste land dat zich kwalificeerde voor de volgende ronde, de aanvaller van Bayern München scoorde ook al drie keer, én vestigde een snelheidsrecord. Maar dat is hij alweer kwijt.
Tegen Spanje knalde Robben als een duiveltje uit een doosje richting doel, terwijl hij Sergio Ramos ter plaatse liet. Robben haalde de fenomenale snelheid van 31 kilometer per uur tijdens zijn sprint. Behoorlijk indrukwekkend.
Maar volgens
Daily Mail deed Darijo Srna beter. In de wedstrijd tegen Kameroen (4-0 winst) sprintte de 32-jarige rechtsachter van Kroatië liefst twee kilometer per uur sneller: hij haalde net geen 33 kilometer per uur. Hij mag zich nu de snelste voetballer ter wereld noemen. Tenzij Robben zich de komende wedstrijden geroepen voelt om het record opnieuw op zijn naam te schrijven.