Na de winterse transferperiode kregen we een lichtjes gewijzigd
Anderlecht te zien, want met Djuricic, Badji en Büttner wierpen drie aanwinsten zich meteen op tot basisspeler. Alle drie lieten ze al mooie dingen zien, maar speelden ze ook al mindere wedstrijden.
Over Büttner twijfelt Aad de Mos nog altijd. "Pas na de play-offs zal je kunnen zeggen of hij echt een speler voor Anderlecht is, of niet. In potentie is hij dat. Of dat ingevuld geraakt, hangt af van de relatie met de coach en de spelers rond hem", klinkt het in
Sport/Voetbalmagazine.
De Mos ziet vooral één groot mankement bij zijn landgenoot. "Hij kan niet doseren. Hij heeft zo veel positieve energie dat hij daar af en toe een rem op moet zetten. Daar moeten Besnik Hasi en de oudere spelers rond hem mee aan de slag. Die moeten hem bij zich houden. Büttner is goed voor 75 minuten, zoals hij nu speelt. Daarna gaat de kaars uit."
"Hij moet zijn momenten leren kiezen. Tegen Matthieu Dossevi en Lior Refaelov is het eerst verdedigen als linksback, en pas dan aanvallen. Ik zie nog steeds de dingetjes terug waarvan ik dacht: dat had er al uit moeten zijn."