Veelzeggend was het. De 4-0 van Spanje tegen Italië in de finale van het EK in Polen en Oekraïne. Niet alleen de uitslag 4-0 op zich, maar met name het laatste doelpunt, de 4-0, was tekenend voor de winnaar. Winnaars. Fernando Torres, dit EK bejubeld en bekritiseerd, kan tijdens de belangrijkste wedstrijd van het jaar zijn tweede doelpunt van de avond maken, maar legt af. Juan Manuel Mata maakt de laatste treffer.
Wat een karakter, Fernando Torres. Bij Chelsea heeft hij zijn transfersom van zestig miljoen euro nog altijd niet waargemaakt. Dat moet vreten aan een topschutter als Torres. Hoewel doelgericht, ziet de spits voor de goal geen medespeler over het hoofd. Mede daardoor komt Torres, in Londen zeer ongelukkig in de afwerking, slechts tot vijf doelpunten in 55 competitiewedstrijden. De ommekeer lijkt er echter aan te komen en zou te maken kunnen hebben met de verlossende treffer die de Spanjaard maakt in het Champions League-duel met FC Barcelona, als hij de 2-2 binnenschiet.
Ook in de formatie van bondscoach Vicente del Bosque is Torres niet zeker van zijn plaats. Ja, of toch: op de bank. Na de 1-1 van Spanje tegen Italië in de groepsfase op het EK, start de 28-jarige goaltjesdief in de basis tegen het zwakke Ierland: twee doelpunten. Ook tegen Kroatië behoort Torres tot de basiself, maar wordt hij na een uur naar de kant gehaald voor de latere matchwinner Jesús Navas. In de kwartfinale tegen Frankrijk krijgt
El Niño een klein half uurtje, maar kan hij tot zijn frustratie zijn stempel niet meer drukken.
Dan Portugal in de halve finale. Torres zit de gehele wedstrijd op de bank, waar Del Bosque meer heil ziet in de sleurende Ãlvaro Negredo in de punt van de aanval. Dat moet pijn doen. In de finale tegen opnieuw de Italianen komt een getergde Torres bij een 2-0 tussenstand een kwartier voor tijd in de ploeg. Na tien minuten een grote kans: één op één met Gianluigi Buffon, één der betere doelmannen van de wereld: goal. Kort voor het sluiten van de markt komt
Numero 9 weer in scoringspositie. Echter, hij kiest voor Mata. Zijn maatje. Land- en teamgenoot. Mata speelde het gehele toernooi nog geen minuut en stond welgeteld één minuut in het veld toen hij de treffer cadeau kreeg van Torres.
Verbijsterend is het. Del Bosque heeft 23 vedettes in zijn selectie, maar weet er na 2008 en 2010 wederom een team van te smeden. Wellicht zijn er haatgevoelens tussen enkele Madrilenen en Catalanen en wellicht zijn er ook weleens relletjes (die binnenskamers worden gehouden; makkelijk ook als je altijd wint), maar er staat één Spanje als het moet. Dat bewijs wordt geleverd door een andere spits, een Bask. Fernando Llorente heeft niet gespeeld tijdens het EK, misschien niet eens warmgelopen. Toch zie je de boomlange vedette van Athletic Bilbao op belangrijke momenten een praatje maken met zijn teamgenoten die wel spelen. Een tikje op de bips voor Sergio Ramos, een schouderklopje voor Gerard Piqué en een knuffel voor Iker Casillas.
Je ziet: daar staat een ploeg die wil winnen, die het land trots wil maken. Daarvoor moet de eigen trots worden ingeslikt. Ik had me voorgenomen om het niet weer over de deceptie van het Nederlands elftal te hebben, maar ik kan er niet omheen. Arjen Robben, Robin van Persie, Klaas-Jan Huntelaar en Rafael van der Vaart; hebben we opgelet?