Kevin Vandenbergh is vorig seizoen op een zijspoor geraakt bij KV Mechelen. De voormalige doelpuntenmaker van KRC Genk tekende deze zomer een contract bij KVC Westerlo, in de Belgacom League. Hij geeft tekst en uitleg bij zijn
transfer.
"Ik zie het niet als een stap terug. Alles bij Westerlo ademt nog eerste klasse uit: de spelersgroep, de accommodatie. Ik heb me nog niet neergelegd bij een definitieve verwijzing naar tweede. Ikzelf wil met deze club zo snel mogelijk terug naar het hoogste niveau", vertelt hij in
Het Nieuwsblad .
"Ik had ook aanbiedingen van eersteklassers (Vandenbergh werd gelinkt aan Oud-Heverlee Leuven en Waasland-Beveren, red.) en het makkelijkste was wellicht bij KV Mechelen op de bank blijven zitten, maar daar ben ik nog niet aan toe. Mijn keuze voor Westerlo getuigt van ambitie. Ik ben hier groot geworden als jeugdspeler en ik speelde hier tien jaar geleden zelfs nog samen met onze huidige coach Frank Dauwen. Ik wist dat ik me hier het beste zou voelen en ik ervaar het ook echt als thuiskomen."
Momenteel zit de spits aan 98 officiële doelpunten. Zijn honderdste had hij graag gescoord in het tenue van
Malinwa. "En toch ben ik daar niet ontgoocheld over. Al tijdens de voorbereiding wist ik dat het zeer moeilijk zou worden om het x-aantal goals te maken dat iedereen van mij verwachtte. Mechelen hanteerde een bepaald systeem. Nog voor het seizoensbegin begreep ik ook waarom Christian Benteke het jaar daarvoor bij Mechelen maar een viertal doelpunten had gemaakt (Benteke scoorde zes keer voor Mechelen, red.). Hij kreeg daarna zijn kans bij Genk, speelde er in een opstelling met twee spitsen en zie waar hij nu zit: voor tien miljoen naar Aston Villa."
"Het is ook mijn eigen fout. Toen ik kansen kreeg bij Mechelen heb ik goeie wedstrijden gespeeld. Ik werkte hard voor de ploeg en voerde al mijn taken uit. Maar soms cijferde ik mij te veel weg voor het elftal. Je moet je meters afleggen voor de ploeg, maar op sommige momenten moet je als aanvaller gewoon in de box staan. Er waren te veel situaties waarbij ik te ver van het doel stond. Bij Mechelen was ik te weinig spits."
Of hij het maximum uit zijn kunnen heeft gehaald, weet hij nog niet. "Dat zal ik pas over tien jaar kunnen zeggen. Ik ben wel altijd eerlijk geweest, en dat werd niet altijd geapprecieerd. Maar ik heb ook veel geleerd hé. Bovendien zit mijn carrière er ook nog niet op. Met iemand als Owusu (William Owusu Acheampong, red.) naast me bij Westerlo kan ik nog veel doelpunten maken", besluit hij.