FC Barcelona mag stadsgenoot Espanyol hartelijk dankbaar zijn. De tweede club van Catalonië ging op bezoek bij Real Madrid en bleek zowaar een angstgegner. Na een voorsprong, die door Cristiano Ronaldo en Fabio Coentrão teniet werd gedaan, pakten de kustbewoners alsnog een punt in Estadio Santiago Bernabéu (2-2).
Een vliegensvlugge counteraanval na ruim een halfuur spelen betekende een onverwachtse voorsprong voor Espanyol. Joan Verdú vond Sergio Garcia, die twee man uitspeelde en laag raak schoot. Toch trok Real nog voor rust de stand gelijk. De blessuretijd was al ingegaan, toen Sami Khedira Ronaldo op maat bediende. De kanshebber voor de Gouden Bal passeerde met een harde volley doelman Francisco Casilla.
Vlak na rust kwam Real op een 2-1 voorsprong. Coentrão werkte koelbloedig af, op aangeven van Ronaldo. Lange tijd leek het Portugese duo de redders van Madrid te worden, maar niets bleek minder waar. Juan AlbÃn knalde de bal uit een corner achter Iker Casillas, waarna in de resterende paar minuten de trekker niet meer zuiver genoeg werd overgehaald. Barcelona kan zondagavond tegen Athletic Bilbao de voorsprong op Real vergroten naar dertien punten.
Scoreverloop:
0-1 (31’) Sergio Garcia
1-1 (45’+1) Cristiano Ronaldo
2-1 (48’) Fabio Coentrão
2-2 (88’) Juan AlbÃn