De FIFA gaat verder op de ingeslagen weg, want donderdag werd tijdens een congres in de Rwandese hoofdstad Kigali Gianni Infantino opnieuw verkozen als voorzitter. De Zwitser mag daardoor minstens tot 2027 aanblijven. Infantino staat al sinds 2016 aan het hoofd van de wereldvoetbalbond. Hij werd toen verkozen nadat Sepp Blatter was moeten aftreden wegens aanhoudende beschuldigingen van corruptie.
Na zijn herverkiezing blikte Infantino tijdens zijn speech terug op zijn eerste verkiezing, die destijds toch als een verrassing kwam. Salman bin Ibrahim Al Khalifa, de sjeik van Bahrein en voorzitter van de Aziatische confederatie, leek het toen te gaan halen met steun van de Aziatische en Afrikaanse bonden, maar uiteindelijk werd het dankzij steun uit Europa toch nog Infantino.
Hij trok een ronduit schokkende vergelijking om zijn overwinning toen te beschrijven. "Ik was depressief en stond op het punt om op te geven. Maar toen dacht ik aan mijn bezoek aan het monument voor de Rwandese genocide en dacht: 'Wie ben ik om op te geven?'", vertelde hij volgens The Athletic. Infantino vergeleek zijn strijd om verkozen te raken bij de FIFA dus met de heropbouw van Rwanda na de genocides in de jaren '90, waarbij meer dan een half miljoen doden vielen.
DISCRIMINATIE
Het is niet de eerste keer dat Infantino met een dergelijke wereldvreemde uitspraak komt. In de aanloop naar het WK in Qatar wees hij de kritiek op het gastland af door te stellen dat hij weet hoe het voelt om gediscrimineerd te worden op basis van ras of geaardheid, omdat hij in Zwitserland opgegroeid was als roodharige zoon van een Italiaanse immigrant.