Standard leefde dit seizoen weer op onder de deskundige leiding van Ronny Deila, die uitstekend werk levert in nochtans moeilijke omstandigheden. De Noor moet het immers stellen met een zeer beperkte kern en verloor in de loop van het seizoen bovendien nog twee sterkhouders. Selim Amallah en Nicolas Raskin werden eerst uit de A-kern gezet en in januari verkocht omdat ze hun aflopende contracten niet wilden verlengen.
Raskin vertrok uiteindelijk voor 3,5 miljoen euro naar Rangers, waar hij meteen uitgegroeid is tot een vaste waarde. De 22-jarige kwam intussen al elf keer in actie voor de Schotse topclub, waarin hij goed was voor één assist. Raskin lijkt dus de juiste keuze gemaakt te hebben, want hij verkoos Rangers boven een aantal andere opties. Benfica toonde ook interesse, maar ook uit eigen land kreeg de Jonge Duivel aanbiedingen.
"Voor Rangers kwam, werd ik benaderd door Club Brugge en Genk", onthult Raskin in La Dernière Heure. "Maar ik denk dat het fout zou zijn om voor een andere Belgische club te spelen, want Standard zal altijd de ploeg van mijn hart zijn. Er waren ook nog andere geïnteresseerden, maar Rangers was het meest concreet. Ik droom van de Premier League en Schotland leek me een goede tussenstap. Rangers is toch nog altijd een grote naam in het Britse voetbal."
OVERSTAPPEN
Raskin speelde als tiener nochtans nog voor verschillende andere Belgische clubs. Als 14-jarige verruilde hij de jeugd van Standard zelfs voor die van aartsrivaal Anderlecht, om twee jaar later over te stappen naar AA Gent. Het was bij de Buffalo's dat Raskin ook zijn profdebuut maakte, maar de grote doorbraak volgde niet. Daarom keerde hij in januari 2019 toch terug naar Standard, met succes.