Het is een woelig jaar geweest voor Carl Hoefkens. De ex-voetballer leek een prachtige carrière als trainer op te bouwen bij Club Brugge maar na een korte doortocht volgde vooral kommer en kwel. Hoefkens zelf blikte nu terug op het verleden en vooruit richting zijn toekomst.
Prachtig begin, dramatisch vervolg
De voormalig Rode Duivel kende al een mooie loopbaan als voetballer met doortochten bij onder meer Lierse, Club Brugge en West Bromwich. In 2018 zou hij aan de slag gaan bij Blauw-Zwart als assistent-jeugdtrainer, nadien als Talent Manager en uiteindelijk dus als T1.
Die rol leek hem aanvankelijk op het lijf geschreven, Hoefkens stuntte door met Club Brugge de poulefase van de CL te overleven in een groep met het grote PSG, Porto en Bayer Leverkusen.
Die goede periode werd echter gevolgd door een reeks magere resultaten in de Jupiler Pro League en reeds in december ontving Hoefkens zijn eerste ontslag als trainer.
Na een half jaar ging hij echter weer aan de slag als coach van Standard. Bij de Rouches zorgde Hoefkens bij momenten voor mooi voetbal (en enkele knappe stunts) maar ook bij deze club duurde het sprookje niet lang: in december volgde opnieuw een vroegtijdig ontslag.
"Stelden zich veel vragen"
De situatie is ondertussen bekend bij Standard, dat geplaagd wordt door financiële problemen. “Vanaf november begonnen die vertragingen. De spelers stelden zich vragen, maar we moesten ermee leven. Ik blijf er wel bij dat de spelers op het veld altijd alles gegeven hebben. Het doet me pijn hoe het de club nu vergaat", zo klonk het in Het Belang van Limburg.
En ook het ontslag kwam toch als een verrassing voor Hoefkens. “Ik was misschien iets te romantisch, ik wilde te dominant voetbal spelen. Het had misschien wat klinischer en directer mogen zijn, maar toch had ik het gevoel dat we op de juiste weg waren. Ik ga niet akkoord met mijn ontslag, nog altijd niet. We stonden toen naar mijn gevoel op onze plaats."