Als Cristiano Ronaldo zondag in de thuiswedstrijd tegen Getafe het net weet te vinden, dan schaart de Portugees zich bij de vijf beste topschutters in de historie van Real Madrid. De superster heeft één doelpunt nodig om gelijk te komen met de legendarische Mexicaan Hugo Sánchez en de kans is aanwezig dat de spits van weleer direct uit het illustere rijtje verdwijnt. Tegen Getafe scoort Ronaldo er namelijk vaak lustig op los.
Met 206 doelpunten in 204 officiële wedstrijden in het maagdelijk wit van
De Koninklijke is
CR7 bezig aan een ongekende reeks. Slechts één doelpunt verwijderd van het selecte groepje goalgetters zal de vleugelspeler er zondag tegen Getafe op gebrand zijn te scoren. Op dit moment moet de Portugees naast Sánchez ook nog de vroegere helden Ferenc Puskás, Santillana, Alfredo Di Stéfano en Raúl voor zich dulden.
De knappe prestatie van Ronaldo schuilt echter niet zozeer in het aantal doelpunten dat hij voor de Madrileense grootmacht heeft gemaakt, maar in de snelheid waarmee hij dat heeft klaargespeeld. Geen van de spitsen uit het verleden van de club was net zo effectief als hij. Sanchéz had voor zijn totaal van 207 doelpunten bijvoorbeeld 283 wedstrijden nodig. Heel wat meer dan de huidige superster. Met een gemiddelde van 1,01 doelpunt per wedstrijd steekt Ronaldo dan ook met kop en schouders boven de rest uit. Alleen de Hongaar Puskás, die in de jaren vijftig en zestig furore maakte in Madrid, komt met een gemiddelde van 0,93 enigszins in de buurt. De rest volgt op gepaste afstand.