Met een 2-2-gelijkspel hebben de Rode Duivels donderdagavond een knap resultaat behaald op bezoek bij Italië. Maar tot aan de rode kaart van Lorenzo Pellegrini kwamen de Belgen bijzonder zwak voor dag. Een aantal spelers bleef dan ook ver verwijderd van het gewenste niveau.
De wedstrijd in het Olympisch stadion te Rome ging ronduit dramatisch van start voor de Duivels. Na nog geen minuut spelen konden de Italianen al op voorsprong klimmen. En halfweg de eerste periode werd die voorsprong al verdubbeld. Maar vlak voor rust werd een ommekeer ingezet na de uitsluiting van Pellegrini en de aansluitingstreffer van Maxim De Cuyper.
In de tweede periode kwamen de Duivels wel beter voor de dag. Dat leidde ook tot de verdiende gelijkmaker van Leandro Trossard. En mits wat meer meeval had België de match zelfs kunnen winnen. Al had dat ook te maken met de aanpak van de Italianen. Die kropen met een mannetje minder immers helemaal terug en lieten hun tegenstander zo terug in de match komen.
Ondermaatse Openda
En zo werd het uiteindelijk een match met twee gezichten, maar de eerste helft was toch vooral een verschrikking voor de Belgen. Verschillende Duivels maakten dan ook geen goede beurt. Zeno Debast had het bijvoorbeeld lastig aan de rechterzijde van de defensie. Charles De Ketelaere speelde dan weer een onzichtbare partij. Maar vooral Loïs Openda kende een moeilijke avond.
De spits scoort bij zijn club RB Leipzig nochtans aan de lopende band. Voorlopig lijkt zijn huwelijk met de nationale ploeg echter vervloekt. Zo was hij in Rome niet voor het eerst de zwakke schakel. "Hij stond 90 minuten op het veld. Daarmee is helaas zowat alles gezegd. Niet scherp/zuiver genoeg. Viel nog het meest op met zijn ingetapete arm", verklaart Het Laatste Nieuws zijn povere 3 op 10.
Alle duels verloren
Bij La Dernière Heure doet hij met 4 op 10 nauwelijks beter. "Zoals zo vaak bij de nationale ploeg was hij niet aanspeelbaar en verloor hij al zijn duels", klinkt het. "Blijft het lastig hebben bij de Duivels. Kwam veel te weinig in het spel voor. Raakte de bal amper negen keer voor rust", vult Het Nieuwsblad aan. Bij SudPresse tot slot, deelt men wel een pluim uit voor zijn inzet. "Hij leek eenzaam voorin in de schaduw van de toren Bastoni. Hij kreeg geen enkele bal tussen de doelpalen. Maar hij gaf nooit op, dat was zijn grootste verdienste.