Bram Vandenbussche verruilde in 2009 Cercle Brugge voor Roeselare. Na zijn eerste seizoen degradeerde die club naar tweede klasse, maar Vandenbussche bleef zijn ploeg trouw en groeide er zelfs uit tot aanvoerder. Ook Cercle blijft de ploeg van zijn hart, vertelt hij in een gesprek met VoetbalNieuws.
Vijf jaar geleden maakte Vandenbussche de overstap naar Roeselare. "Op dat moment kwam ik mijn oude trainer Dennis Van Wijk
(vandaag aan de slag bij Westerlo) terug tegen bij Roeselare, en dat was een belangrijke factor. Ik had met hem gewerkt bij Cercle, en ik heb veel respect voor hem. Hij heeft mij indertijd gelanceerd. En als die trainer je dan vraagt bij zijn nieuwe ploeg, moet je dat afwegen tegen de speelkansen die je op dat moment voor handen hebt bij je club, en wat Roeselare biedt. Ik heb dan voor Roeselare gekozen en ik kan me dat zeker niet beklagen. Want ik ben hier nu vijf jaar en ik voel me enorm gewaardeerd. Ik ben ook al een paar jaar kapitein."
Vandenbussche zou graag zijn carrière bij Roeselare afsluiten. Hij is een trouwe speler, vertelt hij, iemand die zich ergens thuis wil voelen. "Dat is voor mij heel belangrijk. Als ik me ergens goed voel, ga ik niet snel veranderen. Je moet natuurlijk ook mogen blijven, maar dat dwing je ook voor een stuk af. Als je toont dat je een groep vooruit wil trekken, is dat toch belangrijk."
Over Sherjil MacDonald: "In tweede klasse zijn er maar weinig met zijn kwaliteiten"
"In de flow waarin wij zitten, moeten we hen zeker aankunnen"
Roeselare speelt een matig seizoen. De ploeg staat momenteel vlak boven de degradatieplaatsen geklasseerd. Maar de kapitein panikeert niet. "Als we zouden weten hoe het komt, dan konden we er makkelijk een remedie tegenover stellen. Maar kijk, we hebben nu zes op zes gehaald tegen Lommel en Visé. Dat is een goede start van het nieuwe jaar."
"Dit weekend spelen we tegen Virton. Als we dan weer de punten kunnen thuishouden, denk ik dat we niet lang meer bij die degradatieplaatsen zullen staan. Er staan vier- vijf ploegen dicht bij elkaar, en ik denk dat we meer dan genoeg kwaliteit hebben om hoger te staan dan de ploegen rond ons."
"Ik moet eerlijk bekennen dat die ploeg me in de heenwedstrijd aangenaam verrast heeft, met goed voetbal. Maar als je hun statistieken bekijkt, zie je dat je er met mooi voetbal niet altijd komt, want ze scoren niet makkelijk. Ze krijgen ook niet snel een doelpunt tegen, wat ervoor zorgt dat het toch een moeilijke tegenstander is. Maar in de flow waarin wij zitten, moeten we hen zeker aankunnen."
Vandenbussche laat zijn licht schijnen over de titelpretendenten in tweede. "Eupen heeft me zeker bekoord in de heenronde. In de terugronde hebben we er ook al tegen gespeeld, maar toen vond ik ze wat minder. Westerlo heeft natuurlijk Sherjil MacDonald. Ik denk dat dat weleens de beslissende factor zou kunnen zijn in het kampioenschap. Hij is iemand die makkelijk scoort, iemand die met zijn snelheid veel ploegen pijn kan doen. In tweede klasse zijn er maar weinig met zijn intrinsieke kwaliteiten."
Groen-zwart hart
Hij heeft nog steeds een Cercle-hart, geeft Vandenbussche toe. Vorig seizoen verliep dramatisch voor
De Vereniging. Bijna zakten ze naar tweede. En dat deed pijn. "Ik was er ook de wedstrijd tegen Beerschot. Daar hing een fantastische sfeer, met ook de Antwerp-supporters die in het vak van Cercle mee kwamen supporteren, voor Cercle maar vooral tégen tegen Beerschot. Dat was iets speciaals."
"Maar als je ziet wat voor werk Lorenzo Staelens daar samen met zijn staf neerzet… Met misschien wel minder materiaal hé, want ik denk niet dat de kern versterkt is in vergelijking met vorig jaar. Maar ik denk dat hij het uiterste uit de groep kan halen, en dat maakt hem een heel goede trainer. Er zijn twee of drie trainers die het vorig jaar geprobeerd hebben om met die groep resultaten te halen, maar die bleven uit. Staelens is dat wel gelukt, en ook dit jaar. Dit seizoen was het misschien om budgettaire redenen dat ze de tering naar de nering hebben gezet en de ambities aangepast, maar vanaf volgend jaar zie ik ze alleen maar groeien."
"Cercle was mijn eerste liefde, en Roeselare is mijn tweede huwelijk geworden"
"Meestal moet ik moet Roeselare spelen op het moment dat Cercle speelt, maar als er zich een gelegenheid voordoet, probeer ik te gaan kijken. Ik probeer toch zeker één of twee keer per seizoen te gaan kijken, al is dat niet altijd evident. Cercle was mijn eerste liefde en Roeselare is mijn tweede huwelijk geworden. De band die ik met die twee ploegen heb, is uniek. Dat kan alleen maar toegejuicht worden."
"Dat shoppen, waarbij spelers voortdurend van de ene naar de andere ploeg gaan, zonder enige affectie te hebben met een club: ik begrijp het niet. Een carrière als die van Cédric Roussel bijvoorbeeld, ik zou dat niet kunnen. Die heeft voor heel veel ploegen gespeeld
(onder meer voor AA Gent, Coventry City, Bergen, KRC Genk, Standard, Zulte Waregem en Roebin Kazan, red.), wat financieel waarschijnlijk heel positief was. Maar ik denk dat het positiever is, dat je meer kan geven voor een ploeg, als je langere tijd blijft. Als je relatie hechter is, denk ik dat je je toch meer inzet."