De Chinese voetbalbond gaat maatregelen treffen om de ontwikkeling van eigen jeugdspelers te bevorderen en de koopwoede van de clubs in te perken. Sinds kort strooien de Chinese clubs met miljoenen om topvoetballers naar het Aziatische land te halen, maar dat wordt volgend jaar lastiger.
Vanaf komend seizoen mogen de ploegen uit de Chinese Super League per wedstrijd slechts drie buitenlandse spelers gebruiken. Afgelopen jaar gold in China een zogenoemde 3+1-regel. Clubs mochten drie spelers uit andere continenten opstellen plus een vierde buitenlander uit een ander Aziatisch land. Een vijfde buitenlander mocht als wisselspeler op de bank beginnen.
Vanaf komend seizoen mogen clubs nog altijd vijf buitenlanders onder contract hebben, maar er mogen er slechts drie tegelijkertijd op het veld staan. Bovendien moeten er altijd twee Chinese spelers van 23 jaar of jonger in de wedstrijdselectie zitten, waarvan er minimaal één in de basis moet beginnen.
Daarnaast komt de bond met strengere regels om het uitgavenpatroon van de clubs te veranderen. Er komt een salarisplafond en een fonds om de ontwikkeling jeugdspelers te ondersteunen.