De KNVB acht het niet noodzakelijk om naar aanleiding van de wedstrijd Nederland - Turkije (2-0) het supportersbeleid te wijzigen. Vrijdag zaten er zo'n 20.000 supporters van Turkije in de ArenA, waarmee het stadion voor ongeveer veertig procent was gevuld met fans van de tegenpartij. Hierover ontstond veel commotie, maar volgens KNVB-directeur Bert van Oostveen is de regeling prima.
"Wij gaan niet over tot het beperken van het aantal supporters van de tegenpartij als dat niet per se hoeft. Bij ons staat veiligheid voorop, maar gastvrijheid telt ook mee", zo vertelde Van Oostveen in het
Algemeen Dagblad.
"We hebben de kaarten gelijkmatig verkocht, dus gelijktijdig aan Nederlanders en supporters van het Turkse elftal", legde de Amstelvener uit. "Het hadden misschien wel 30.000 Turken kunnen zijn. Ergens leg je een grens. Maar de achterban van de Turken is in vergelijk met bijvoorbeeld Schotland een atypische. Die laatsten komen uit Schotland, bij Turkije komen ze overal vandaan."
"Dan gaat dus ook het streven spelen om de groepen gescheiden te houden. Vandaar dat we de aanhang van Turkije ruim de gelegenheid hebben gegeven kaartjes te kopen. Dat leidde uiteindelijk tot een stop bij het aantal van vrijdag. Ieder zat gezellig bij elkaar en op een idiot met een laserpen na en een paar fakkeltjes, was er niets aan de hand", aldus Van Oostveen.