Vincent Kompany was van 2019-2022 aan de slag bij RSC Anderlecht. Hij was er meer dan zomaar een coach, maar ook een trainer die heel erg begaan was met de doorstroming van talenten. Onze redactie ging op bezoek in Burnley en vroeg Kompany aan de tand over jeugdontwikkeling in Engeland en België.
Tijdens de uitgebreide persconferentie mocht onze redactie een aantal vragen stellen aan Kompany. Toen we begonnen over Zeno Debast (18) en Julien Duranville (16), die onder hem debuteerden en in een zware periode nu toch uitblinken bij Anderlecht, opende Kompany meteen met een monkellachje. "Aan de andere Engelse journalisten die niet weten wat er momenteel aan de gang is in België. Het is momenteel een beetje een moeilijke periode voor Anderlecht, maar ik wil er geen discussie over aangaan. Ik steun ze ten volle en dat is het enige wat ik daarover kan zeggen", zei hij kort over Anderlecht.
Duranville is op zijn 16de al een lichtpunt bij Anderlecht.
STRAFFE MENTALITEIT
We kwamen echter niet om over de moeilijke van RSCA te praten, maar wel over de ontwikkeling van talent. "Over Debast en Duranville, het zijn twee jongens met een geweldige mentaliteit. Ze werken keihard en bewezen al dat ze over heel veel talent beschikken. Als een coach heb je twee passies: winnen en spelers laten ontwikkelen. Als je talentvolle spelers hebt, dan wil je die graag beter laten worden. Als je hen dan ziet groeien, wat het geval was bij Debast en Duranville, dan haal je daar als coach veel voldoening uit."
Bij Burnley werkt Kompany ook met een aantal jonge gasten samen. Ian Maatsen, Taylor-Harwood Bellis, Conrad Jaden Egan-Riley, Nathan Tella, Anass Zaroury en Dara Costelloe zijn jongens die zich willen verder ontwikkelen bij Burnley. Bij RSCA bewees Kompany zijn kunde door jonge spelers als Sambi Lokonga, Hannes Delcroix, Marco Kana, Kristian Arnstad, Joshua Zirkzee, Lukas Nmecha, Sergio Gomez, Zeno Debast en anderen naar een hoger niveau te brengen. Kompany kent de Belgische en Engelse keuken maar al te goed met zijn jaren bij Anderlecht en die in Engeland (eerst bij Manchester City en nu Burnley). Hij ziet een groot verschil tussen België en Engeland inzake jeugdontwikkeling.
Kompany trok voluit de kaart van de jeugd bij Anderlecht.
AJAX & CO
"Of er een groot verschil is tussen jeugdontwikkeling in België en Engeland? Eerlijk gezegd, dat is een heel complexe vraag. Het is immers een heel andere markt in beide landen. In België ben je heel dichtbij vier à vijf landen, waardoor er ploegen als Ajax, PSV, Lille OSC, Dortmund en tal van andere clubs op de loer liggen. Dat zorgt voor een bepaalde druk als club. In Engeland weet je dat als er spelers doorbreken, dat absolute topclubs uit Europa (Man City, Man Utd, Chelsea etc., nvdr.) de jonge talenten voor weinig geld kunnen komen weghalen", aldus het clubicoon van RSCA. Ajax plukte zo onder meer Rayane Bounida weg, Lille OSC scout vaak in Brussel en Dortmund hengelde deze zomer nog achter Duranville.
Talenten kunnen snel een volgende stap zetten, want de Belgische competitie is door zijn centrale ligging een zeer interessante locatie voor scouts. Zo kon Anderlecht de afgelopen jaren voor tientallen miljoenen euro’s aan jonge spelers verkopen. "Jonge spelers lopen snel in de kijker in België, net door die goede ligging. In Engeland is de situatie helemaal anders. Het is er niet makkelijk om als jonge speler door te breken (mede vanwege het vele geld en hoge niveau, nvdr.). In België is het makkelijker om je clubmodel te bouwen rondom jeugd, aangezien er een zeer goede markt is om spelers te verkopen", aldus Kompany.
Jongens als Debast en Kana maakten hun debuut bij RSCA onder Kompany.
BELGIË DE IDEALE LEERSCHOOL
Door het hoge niveau en het vele geld dat er aanwezig is in Engeland, kunnen zij de beste spelers op een rijpere leeftijd halen. België is een sterk opleidingsland en dat werpt zijn vruchten af. Het is geen toeval dat topclubs als Bayern München, Manchester City, Internazionale en anderen hun talenten meer en meer in België stallen. De Belgische clubs verkopen ook steeds vaker aan de top of subtop. Spelers als Alexis Saelemaekers en Charles De Ketelaere (beiden AC Milan), Sergio Gomez (Manchester City) en Sambi Lokonga (Arsenal) trokken naar grotere ploegen. Bovendien levert het een pak geld op. Charles De Ketelaere (35 miljoen euro), Jonathan David (32 miljoen euro) en Jérémy Doku (27 miljoen euro) zijn maar enkele voorbeelden.
"Het is ook een feit dat je in België zeer goed zit om op heel jonge leeftijd al ervaring op te doen, wat in Engeland veel moeilijker is. De gemiddelde leeftijd van spelers in Engeland (gemiddeld 26,8 jaar in de Premier League en 25,7 jaar in The Championship, nvdr.) ligt toch wat hoger dan in België (gemiddeld 24,7 jaar, nvdr.). Iemand als Duranville, die je al eerder vermeldde, is bijvoorbeeld amper 16 jaar. In Engeland heb je op die leeftijd niet veel spelers die al kansen krijgen, daar ligt de gemiddelde leeftijd van spelers die debuteren op ongeveer 22 jaar", stelt Kompany vast.
"Jeugdontwikkeling is altijd het ontwikkelen van een platform waarin een talent zich kan ontplooien. Er zijn natuurlijk de trainers en bepaalde spelopvattingen, maar in België kan je makkelijker dan in Engeland dergelijk platform creëren om talenten te laten doorbreken. De Engelse competitie is bovendien fysiek bijzonder zwaar en het is één van de moeilijkste competities ter wereld om als jonge gast door te breken", besluit de sympathieke ex-coach van Paars-Wit.
Vijf duurste tieners in de Premier League (volgens Transfermarkt.be):
- Tino Livramento (19, Southampton): 25 miljoen euro
- Harvey Elliot (19, Liverpool): 22 miljoen euro
- Pape Matar Sarr (19, Tottenham): 15 miljoen euro
- Julio Enciso (18, Everton): 11 miljoen euro
- Wilfried Gnonto (18, Leeds United): 10 miljoen euro
- Hannibal Mejbri (19, Birmingham City): 6 miljoen euro
- James McAtee (19, Sheffield United): 3 miljoen euro
- Tyler Morton (19, Blackburn Rovers): 3 miljoen euro
- Edouard Michut (19, Sunderland): 3 miljoen euro
- Tim Iroegbunam (19, QPR): 2,5 miljoen euro
- Björn Meijer (19, Club Brugge): 4,5 miljoen euro
- Zeno Debast (18, Anderlecht): 4 miljoen euro
- Noah Mbamba (17, Club Brugge): 4 miljoen euro
- Luca Oyen (19, KRC Genk): 4 miljoen euro
- Bilal El Khannouss (18, KRC Genk): 3,5 miljoen euro
@VincentKompany over Julien Duranville en Zeno Debast 💎
— Claudio Reulens 💻⚽ (@CReulens) September 19, 2022
Zijn steun voor #Anderlecht 🟣⚪
En het verschil tussen jeugdontwikkeling in 🇧🇪 en 🏴 https://t.co/tN4njJVpSR