Binnen een maandje sluit de zomerse mercato alweer zijn deuren en dus komen er nog heel wat transferacties aan. Daarbij spelen ook enkel Rode Duivels een hoofdrol. Johan Bakayoko bijvoorbeeld, zou een mooie overstap kunnen maken.
Tijdens zijn jeugdopleiding verdedigde Bakayoko de kleuren van verschillende Belgische clubs, maar hij belandde op 16-jarige leeftijd bij PSV. Daar groeide hij uiteindelijk door naar de eerste ploeg. En nadat hij begin 2023 een lucratieve transfer naar PSG weigerde, versierde Bakayoko enkele maanden later zijn eerste selecties bij de Rode Duivels.
Afgelopen seizoen ontbolsterde hij bij PSV echter helemaal onder de vleugels van trainer Peter Bosz. Ondanks de concurrentie op zijn posities, startte hij bijna alles. Dat leverde hem uiteindelijk 14 goals en 14 assists op. En zo had hij ook een aanzienlijk aandeel in het behalen van de Nederlandse landstitel.
Leipzig houdt zich klaar
Voor Bakayoko werd dat mogelijk zijn laatste wapenfeit in Eindhoven. Zo staat een zomerse toptransfer in de sterren geschreven. Voorlopig houdt de aanvaller wel zijn opties open en sluit hij een verlengd verblijf bij PSV allerminst uit. Maar nu lijkt er toch één en ander te bewegen rond de jonge Belg.
Zo raakte dinsdag bekend dat RB Leipzig weldra in actie kan schieten voor zijn komst. De Duitse topclub volgt Bakayoko al een tijdje. En Dani Olmo op punt staat om voor de nodige miljoen naar FC Barcelona te trekken, zou men die opbrengsten kunnen gebruiken voor de transfer van de Rode Duivel te bekostigen.
Pittig prijskaartje
Bij Eindhovens Dagblad weet men echter dat er ook sluimerende interesse heerst vanuit de Premier League. De strijd lijkt dus weldra helemaal los te barsten. Al zullen de gegadigden met een flinke zak geld over de brug moeten komen. De genoemde bron heeft het over een transfersom van minstens 40 à 45 miljoen euro. Ook bij Voetbal International verwacht men een bedrag van die grootorde. "Bronnen rondom de Belg melden ervan uit te gaan dat een eventuele toekomstige club een transfersom van tussen de veertig en vijftig miljoen euro dient te betalen", klinkt het.
