KRC Genk won afgelopen speeldag van RSC Anderlecht door doelpunten van de twee vleugelverdedigers: Joris Kayembe en Zakaria El Ouahdi. Het Nieuwsblad analyseerde of de Limburgers met het gevaar langs alle kanten écht een streepje voor heeft op de concurrentie.
KRC Genk is de leider in de Champions Play-Offs en de formatie van Thorsten Fink lijkt voorlopig op weg naar de titel. Het verschil met landskampioen Club Brugge bedraagt vier punten. Nu beginnen de backs ook nog te scoren bij de Limburgers…
Nadeel concurrentie
Volgens Jacky Peeters heeft KRC Genk weldegelijk een extra wapen in huis met hun veelzijdigheid. “Heel belangrijk. Beter zo dan dat je afhankelijk bent van twee à drie spitsen die vijftien of twintig doelpunten op een seizoen maken. Stel dat er iets met hen gebeurt, dan zit je in de penarie.”
KRC Genk kan op alle vlakken gevaarlijk zijn. “Nu blijft het gevaar van alle kanten komen, en dat is ook voor de tegenstrever een nadeel. Komt alle gevaar van één spits, dan is het zaak om één speler 100% uit de wedstrijd te houden, maar nu moet de tegenstander voor veel spelers opletten.”
Ideale combinatie
Tolu Arokodare (18 doelpunten), Hyeon-gyu Oh (9) en Jarne Steuckers (8) zijn de veelscorers en dan volgen er met Mujaid Sadick en Nikolas Sattlberger spelers die maar één keer wisten te scoren. Ook reservepionnen zoals Patrik Hrosovsky pikken geregeld een doelpunt mee. Enkel Matte Smets, Ibrahima Bangoura en Bryan Heynen konden nog niet scoren.
KRC Genk is klaar voor de titelstrijd. ‘Alles in acht genomen, lijkt Genk de ideale combinatie te hebben tussen een topschutter enerzijds, en een breedte in de doelpuntenproductie anderzijds, met spelers á la Oh, Steuckers en Hrosovsky. Ook in de Play-Offs zal het gevaar dus van overal blijven komen’, klinkt het.