In 1983 brak Enzo Scifo als 17-jarige door bij
Anderlecht. Dik 30 jaar later is de kern van
Paars-Wit jonger dan ooit, maar dat is volgens de bondscoach van de beloften niet noodzakelijk een goede zaak. Hij mist immers betrokkenheid bij veel talenten.
"Ik denk dat ik er niet ver naast zit wanneer ik zeg dat Anderlecht altijd een identiteit heeft gehad... Ik heb er twee periodes gespeeld. Het was al minder toen ik terugkeerde, maar de spirit was er nog altijd. Je voelde je verbonden met dat shirt, je was daar om te winnen, er was druk. Ik denk niet dat de spelers zich vandaag nog met clubkleuren identificeren", zegt hij in
Sport/Voetbalmagazine.
"Ze komen naar Anderlecht omdat het een goeie club is, niet omdat ze die in hun hart dragen. Een springplank, zo zien ze het. En het salaris dat ze krijgen, helpt niet echt. Toen ik bij de kern kwam, werd ik aangepakt. Ik denk dat het nu anders is. Je kunt je gedacht niet meer zeggen tegen de jongeren, want ze verdienen al veel geld terwijl ze nog niks gewonnen hebben."