De afgelopen maanden gingen ploegen als Cercle Brugge, Waasland-Beveren, KV Oostende en anderen hun heil zoeken in het buitenland. Daardoor kwam de sportieve leiding in handen van buitenlanders. Niemand polste eens bij Jan Van Daele, die al jaren goed werk levert bij DAC 1904 Dunajska Streda. Voetbalnieuws had een gesprek met hem.
"Na mijn rechtenstudies in Leuven besloot ik specialisatie internationaal belastingrecht te volgen aan de Universiteit Leiden. Het jaar daarop werd ik assistent-professor en ontmoette ik een Hongaarse afkomstig uit Slowakije. In 2012 besloten we samen naar Slowakije te verhuizen, naar haar geboortestad Dunajska Streda”, opent Van Daele over de start van zijn toch wel opmerkelijk avontuur.
"Haar vader, Oszkar Vilagi, is een invloedrijk zakenman die in Centraal-Europa actief is in allerlei sectoren met focus op energie, agricultuur en voedselproductie. Met mijn achtergrond als internationaal jurist had ik mooie projecten om handen. Daarnaast deelden we onze passie voor voetbal en hij kreeg in 2015 de kans om de ploeg van zijn geboortestad, DAC 1904 Dunajska Streda, over te nemen. Het moet wel gezegd worden dat de club in een enorm slechte staat verkeerde, nadat bepaalde personen de club gebruikten voor bepaalde doeleinden die niet stroken met de objectieven van een voetbalclub. De club was betrokken in een omkoopschandaal en daarvoor kreeg het ook een straf. "
DAC vond inspiratie op Neerpede.
Vanaf dan werd DAC een club die progressie maakte. Er kwam een modern stadion van 12.700 zitplaatsen en het beschikt over een trainingscomplex waar veel Belgische clubs enkel van kunnen dromen.
"Met de nieuwe eigenaar kwam een nieuwe visie en daarin werden eerst infrastructurele doelen vooropgesteld. Ik heb met de eigenaar enkele clubs in Europa bezocht om inspiratie op te doen met betrekking tot moderne academy infrastructuur en stadions. Zo brachten we onder meer een bezoek aan Neerpede. In 2016 werd ik vice-voorzitter en sindsdien ben ik verantwoordelijk voor de strategische ontwikkeling van de club", aldus Van Daele.
DAC is niet zomaar een club. "De ambities zijn eerst en vooral om de club naar een duurzaam model te runnen. Daarom was het belangrijk om de interne en externe factoren waarin de club opereert goed te analyseren en een robuust business model op te zetten. De club leeft van zijn gemeenschap en de gemeenschap leeft voor de club. De connectie tussen de fans en club is uniek. Dit komt doordat de club de Hongaarse minderheid in Slowakije representeert."
Storck is er sinds dit seizoen de hoofdtrainer.
Gemiddeld 9.000 fans
"Sinds het Verdrag van Trianon is Dunajska Streda en grote delen van het huidige Zuid-Slowakije geen deel meer van Hongarije. Honderd jaar later wonen echter nog 500.000 etnische Hongaren in Roemenië (Transsylvanië), Oekraïne, Servië, Kroatië en Slovenië. Onze club is de laatste jaren uitgegroeid tot een symbool van de Hongaren die buiten Hongarije wonen. Dat heeft tot gevolg dat DAC als doorn in het oog word beschouwd in Slowakije. Voor de pandemie hadden we een gemiddeld supportersaantal van 9.000 fans voor onze thuismatchen. Mensen komen van heinde en ver om onze wedstrijden bij te wonen. Velen uit Hongarije en soms zelfs sommigen met de bus uit Transsylvanië. Jammer genoeg staat deze vitale bron voor onze club tijdelijk droog. We rekenen wel op een explosie eens supporters weer wedstrijden kunnen bijwonen."
Europees voetbal
"TV-gelden zijn jammer genoeg onbestaande in Slowakije. Voor duurzaamheid na te streven dienen we ons sportief model te focussen op premies betaald door de UEFA voor het deelnemen aan de clubcompetities en het opleiden van spelers. Dit betekent opleiding aan resultaten koppelen met veelal jonge spelers. Daarin zijn we zeer consequent. Onze gemiddelde leeftijd bedraagt 22 jaar. Dit mag echter nooit een excuus zijn voor mindere resultaten. De huidige ploeg heeft een aantal fijne talenten, die op termijn een stapje hoger kunnen zetten. Mijn hoop is om de huidige groep nog even samen te houden, hen ervaring te laten opdoen en proberen door te stoten naar de groepsfase van de Europa League of de nieuwe Conference League die er vanaf volgend seizoen aankomt."
Net als in België kijkt men in Slowakije uit naar schaalvergroting. Met andere woorden: een soort BeNeLiga. "Op de lange termijn moet het Centraal-Europese voetbal zich echter de vraag stellen hoe het financiële en sportieve gat met andere Europese competities kleiner kan worden. Daarbij komen net zoals in België en Nederland met de BeNeLiga, projecten zoals de CEE League op tafel. DAC moet absoluut een voortrekkersrol spelen in een eventueel format. De ambitie moet zijn om een gewaardeerd Centraal-Europees voetbalmerk te worden die kwaliteit van voetbal en spelers garandeert."
DAC had Delcroix anderhalf jaar geleden op de radar.
België als voorbeeld voor Slowakije
De komende jaren wil Van Daele nog meer gaan inzetten op jeugdopleiding, maar dat is geen gemakkelijk proces. Ons land kan wél als voorbeeld dienen. "Jeugdopleiding zoals we dat in België kennen staat nog in zijn kinderschoenen. Het begint naar mijn mening met het opleiden van trainers. Dit staat of valt met de opleiding die georganiseerd wordt door de voetbalbond. De laatste jaren merk ik wel dat ze nieuwsgierig kijken naar wat België doet en mijn hoop is dat daaruit ook lessen kunnen worden getrokken. Het blijft een moeilijk verhaal om met Slowaakse trainers over voetbalfilosofie, opleiden en talent te praten."
"Bij ons op de academie willen we fris aanvallend voetbal brengen met intensieve pressing naar het beeld van de eerste ploeg. Talentdetectie in onze regio is niet altijd makkelijk, aangezien onze provincie slechts 80.000 inwoners telt. Kwaliteit komt uiteindelijk voort uit kwantiteit. We compenseren dat echter door internationale jeugd naar onze academie te brengen en deze rustig te laten gedijen in de club om dan als de tijd rijp is deze jongens te brengen in het eerste elftal. Nu hebben we drie homegrown-spelers in onze eerste ploeg."
Storck, Touba en Delcroix
DAC begeeft zich ook op de Belgische markt en wist Bernd Storck aan te trekken als hoofdtrainer. De afgelopen jaren dacht de club aan jongens als Hannes Delcroix en Ahmed Touba, maar zij gingen niet in op het voorstel. "Bernd is een coach die bewezen heeft om met jeugd succes te halen. Jongens als Manuel Benson deden het heel goed onder zijn leiding en we merkten al snel bij zijn aankomst dat veel jongens opleefden bij zijn komst. Zijn sterkte is naast zijn voetbalkennis, dit ook te kunnen overbrengen naar de spelers toe. Dat wil zeggen: duidelijke en eenvoudige opdrachten meegeven aan iedereen."
"Hannes Delcroix zat in de zomer van 2019 op een dood spoor bij Anderlecht, maar hij koos toen voor een avontuur bij RKC. Ahmed Touba heeft alles om een uitstekende verdediger te worden. Hij koos echter ook voor RKC, nadat hij een jaartje in Bulgarije speelde. We staan altijd open voor samenwerkingen, maar het moet ons ook iets opleveren. Spelers opleiden voor andere clubs past niet in ons model."
Afgelopen zomer greep het ook naast Touba.
Anderlecht plukt scout weg
Bij RSC Anderlecht kennen ze DAC ondertussen al en de club haalde er onlangs scout Laurenz Van Looveren weg. Voorlopig staat er geen samenwerking op til met Paars-Wit. "Laurenz heeft goed werk verricht. Ik ben blij voor hem dat hij de stap heeft gemaakt naar een traditieclub als Anderlecht. Op dit moment zijn er geen verdere connecties met Anderlecht."
Van Daele levert dus uitstekend werk in Slowakije, maar in het Belgische voetbal is hij nog vrij onbekend. Daar kijken de clubs vaak niet verder dan hun neus lang is en vissen ze steevast in dezelfde vijver. Er kwam dan ook nog geen Belgisch aanbod.
"Er zijn geen Belgische clubs die geïnformeerd hebben. Maar met mijn situatie zit ik niet echt te wachten op een terugkeer naar België. Ik woon hier al acht jaar en woon al sinds mijn 22ste niet meer in België. Ik voel me hier thuis. Daarnaast doe ik nog veel andere zaken naast het voetbal. Mijn vrouw heeft het ook zeer druk met het runnen van de bedrijven rondom en buiten het voetbal, en mijn schoonvader heeft niet altijd de tijd om hier de zaken waar te nemen. Om in dienstverband bij een andere club te gaan werken, staat niet meteen in mijn agenda. Indien dit project zich echter verder ontwikkelt zie ik ons wel verder investeren in het voetbal. Wie weet wat de toekomst brengt", besluit Van Daele.