Na een aarzelende start van het seizoen heeft Club Brugge zich ondertussen helemaal herpakt. Op verschillende posities baden de West-Vlamingen in luxe, waardoor Carl Hoefkens binnenkort enkele grote en gevoelige knopen zal moeten doorhakken in zijn spelersbeleid.
Rudy Cossey, ex-assistent trainer van Club Brugge, stelt vast dat de Bruggelingen elk jaar sterker worden. Hij vindt Jutglà een topspits, terwijl hij Yaremchuk en Larin vooral ziet als partner in crime of als back-up van de Spanjaard. Daarnaast heeft Cossey ook veel lof over Sowah, die eindelijk doorbreekt bij Club Brugge. “Sowah speelt op een bijzonder hoog niveau”, citeert Krant van West-Vlaanderen.
De Ghanees speelt dit seizoen doorgaans als centrale aanvaller naast Jutglà, maar door zijn enorme arbeidsethos laat hij zich ook vaak terugzakken naar het middenveld. En daar zouden zijn kwaliteiten misschien nóg beter tot uiting kunnen komen, ware het niet dat er reeds een enorme concurrentie heerst op het middenveld met onder andere Casper Nielsen, Hans Vanaken, Raphael Onyedika, Noah Mbamba en straks ook Mats Rits. “Het middenveld is misschien wel het beste van de laatste jaren”, stelt Cossey.
BOYATA
Ook centraal achterin heeft Carl Hoefkens een ongezien luxeprobleem. De coach van Club Brugge hanteert een systeem met drie centrale verdedigers, waarvoor hij maar liefst vijf spelers ter beschikking heeft: Clinton Mata, Brandon Mechele, Denis Odoi, Abakar Sylla en Dedryck Boyata. Vooral de situatie van Boyata ziet er erg benard uit. De Brugse grootverdiener en 31-voudige Rode Duivel kan momenteel helemaal geen aanspraak maken op een plaats in de basiself van Club.