Anderlecht heeft dit seizoen pas vijf competitiewedstrijden gespeeld, maar de roep om het vertrek van Brian Riemer heeft al twee keer luid geklonken onder de supporters. Het team speelt te statisch, met te weinig creativiteit en aanvallend vermogen, iets wat de fans van een club als Anderlecht onwaardig vinden. Maar Riemer is niet de enige die verantwoordelijkheid draagt voor de teleurstellende prestaties. Ook zijn landgenoot Jesper Fredberg moet zichzelf kritisch onder de loep nemen. Zijn transferbeleid en gebrek aan offensieve versterkingen dragen bij aan de huidige problemen van de club.
Waar is de agressie? Oude spelers en huurtransfers
Jesper Fredberg had voor de afgelopen transferperiode een agressieve en offensieve aanpak aangekondigd, maar de CEO Sports richtte zich vooral op defensieve versterkingen.
Zeno Debast werd vervangen door Jan-Carlo Simic (19), de enige nieuwkomer waarvoor een transfersom werd betaald, en de ervaren Mathias ‘Zanka’ Jorgensen (34). Daarnaast keerde Thomas Foket (29) terug bij Anderlecht, samen met Leander Dendoncker (29), die werd gehuurd.
“Vanaf het begin was het onze ambitie om een stabiele centrale verdediging op te bouwen waarop we kunnen vertrouwen”, stelde Fredberg op Mauve TV. Hoewel Simic potentie heeft, is hij nog niet klaar voor een vaste plek in het A-elftal.
Zanka daarentegen biedt weinig zekerheid, met zijn gebrek aan snelheid en dynamiek. Foket heeft sinds zijn komst slechts één wedstrijd gestart. De hoop rust nu op Dendoncker, die de redding van het team moet worden, maar hij speelde de afgelopen twee seizoenen slechts veertien wedstrijden.
De transferperiode stond of viel met de komst van Eriksen
Jesper Fredberg leek het grootste deel van het transferbudget te hebben gereserveerd voor een offensieve en creatieve "deadline deal."
“Fredberg weet wat hem te doen staat, want niemand wordt vrolijk van deze competitieleider. Zelfs de eigen fans niet,” waarschuwde Ludo Vandewalle, chef voetbal van Het Nieuwsblad, enkele dagen voor het einde van de zomerse transferperiode.
“De transferperiode van Anderlecht lijkt te staan of te vallen met de komst van Christian Eriksen”, zei Vandewalle. “Als hij er niet in slaagt Eriksen te transfereren, zal zijn transferperiode een mislukking zijn”, bevestigde La Dernière Heure.
Sporting had drie maanden vastgehouden aan de grote droom van Eriksen, en Fredberg had zoveel energie gestoken in deze transfer dat het als een enorme teleurstelling werd gezien als hij niet zou komen.
Anderlecht komt niet versterkt uit de zomermercato
Niet Christian Eriksen, maar de 21-jarige vleugelaanvaller Samuel Edozie, gehuurd van Southampton, werd uiteindelijk de laatste zomeraanwinst van Anderlecht. “De komst van een wereldtopper als Christian Eriksen is nooit meer dan wishful thinking geweest”, schreef Het Laatste Nieuws.
Voor een geslaagde mercato was een creatieve middenvelder noodzakelijk, maar die is er simpelweg niet gekomen.
“We zijn erin geslaagd de kern van vorig jaar intact te houden, waardoor deze sterker wordt voor dit nieuwe seizoen”, legde Fredberg uit op Mauve TV. Het Laatste Nieuws was echter kritisch en stelde dat, ondanks de terugkeer van verloren zoon Leander Dendoncker, Anderlecht niet versterkt uit de zomermercato is gekomen.
“CEO Sports Jesper Fredberg heeft trainer Brian Riemer in elk geval geen dienst bewezen.”
Afgedankte spelers zonder doorverkoopwaarde: “Geen toekomstvisie”
Naast het uitblijven van een creatieve en offensieve spelmaker werd de zomerse transferperiode van Anderlecht ook bekritiseerd vanwege het gebrek aan een toekomstgerichte visie.
Het was de zuinigste transferzomer voor de club sinds 2010, waarbij acht andere Belgische ploegen, zoals Oud-Heverlee Leuven en KVC Westerlo, meer uitgaven.
Jesper Fredberg verklaarde dat hij niemand kon vinden die een echte meerwaarde aan het team kon toevoegen, een aanpak die werd goedgekeurd door Marc Coucke. De hoofdaandeelhouder van Anderlecht prees het feit dat de club niet zomaar geld uitgaf zonder doordachte reden.
Dennis Praet was een optie, maar de club wilde de jonge Mario Stroeykens niet blokkeren. Daarom koos Anderlecht voor een mix van huurspelers en oudere, ervaren krachten. Trudo Dejonghe, sporteconoom, merkte in HUMO kritisch op dat Anderlecht goed maar afgedankte spelers zonder doorverkoopwaarde aantrok:
“Er steekt geen toekomstvisie achter.”