Olivier Renard beleefde tijdens de winterse transferperiode een erg drukke vuurdoop als sportief directeur van RSC Anderlecht. Toch zal hij komende zomer opnieuw vol aan de bak moeten. Zo dreigt RSCA een aantal sterkhouders te verliezen, daarbij ook Mario Stroeykens.
Het 20-jarige jeugdproduct van Paars-Wit staat al geruime tijd te boek als een groot talent. Maar pas in de huidige jaargang is hij ook helemaal aan het doorbreken bij de grote jongens. Zo groeide Stroeykens in de eerste helft van het seizoen uit tot één van de absolute smaakmakers bij de Belgische recordkampioen.
Qua statistieken, momenteel zit hij aan 4 goals en 6 assists in 31 matchen over alle competities heen, blijft er weliswaar ruimte voor beterschap. Stroeykens laat zijn ploeg echter duidelijk beter draaien. Dat bleek in de in de weken vlak voor de jaarwissel, toen hij even aan de kant stond met een blessure aan de rechterenkel.
Marseille op de loer
Na zijn rentree had Stroeykens het wel lastig om zijn gewenste niveau weer terug te vinden en de voorbije duels stond hij opnieuw met een lichte blessure aan de kant. Maar wanneer hij straks weer op topniveau is, wordt het jeugdproduct ongetwijfeld weer een sleutelpion. De vraag is evenwel hoe lang hij nog in het Lotto Park te bewonderen zal zijn.
Stroeykens gaat komende zomer immers zijn laatste contractjaar in. Bovendien heeft hij zich inmiddels in de kijker gespeeld van een aantal buitenlandse ploegen. Zo raakte begin deze week bekend dat Olympique Marseille aan zijn mouw blijft trekken. De Fransen zouden inmiddels de eerste contacten hebben gelegd.
Verlenging of jackpot?
Toch is een transfer naar Zuid-Frankrijk allerminst een evidentie. Volgens Sport.fr probeert Anderlecht nog steeds om zijn contract open te breken. Indien dat lukt, is een zomers vertrek plots veel minder voor de hand liggend en zou Stroeykens nog minstens nog een seizoen in Brussel blijven. En wanneer er geen akkoord wordt gevonden over een verlenging, zal Anderlecht een smak geld verlangen. Volgens La Dernière Heure mikt men minstens op een slordige 20 miljoen euro voor het jeugdproduct.