In de Jupiler Pro League is RSC Anderlecht bezig aan een sterke reeks, maar zondagavond wacht voor de Brusselaars hun zwaarste test tot dusver. Zo staat een bezoek aan vicekampioen KRC Genk op het programma. Voor Hendrik Van Crombrugge wordt dat alvast een extra speciale wedstrijd.
Een jaar geleden was de 30-jarige doelman nog een vaste sterkhouder bij Paars-Wit, hij droeg er zelfs de aanvoerdersband. Maar bij de start van het nieuwe kalenderjaar werd hij plots aan de kant geschoven voor Bart Verbruggen. Sportief én financieel gezien bleek dat wel een goede keuze. Van Crombrugge legde er zich dan ook bij neer en depanneerde zelfs nog een tijdje als keeperstrainer bij RSCA.
Geen contact met bestuur
Maar begin deze zomer kwam KRC Genk plots aankloppen, de Limburgers waren op zoek naar een ervaren doublure voor Maarten Vandevoordt. En na enkele weken van onderhandelen kon HVC ook zijn transfer naar de Cegeka Arena afronden. Nochtans was Verbruggen ondertussen ook vertrokken bij Anderlecht, waardoor opnieuw een plek tussen de paars-witte palen was vrijgekomen.
Desondanks was het voor Van Crombrugge geen optie om bij RSCA te blijven. "Tijdens die lange vakantie heb ik géén enkel contact gehad met het bestuur van Anderlecht", onthult de doelman in gesprek met Het Laatste Nieuws. "Even samenzitten met de kapitein en praten over de toekomst was toch het minste dat ze konden doen? Zij zagen dat blijkbaar anders. Toen Genk concreet werd, heb ik niet getwijfeld."
Onenigheden binnen de club
Een pijnlijke gang van zaken dus. En ook de manier waarop Van Crombrugge aan de kant werd geschoven voor Verbruggen, had volgens de Leuvenaar veel beter afgehandeld kunnen worden. "Verbruggen wou sowieso niet nog een heel jaar tweede doelman blijven, dus als Anderlecht hem wilde verkopen, moesten ze hem laten spelen. Er waren toen duidelijke onenigheden binnen de club en er was van alles gaande. Maar de timing en vooral de communicatie naar mij toe kon veel beter, vond ik."