Het zijn drukke tijden, voor voetballers en volgers. Alles en iedereen zien op zo’n midweekspeeldag is uitgesloten. Ik ‘vernam’ dat Thomas Meunier terug in normaler doen was bij
Club Brugge, ‘hoorde’ dat Christophe Lepoint onvermoeibaar infiltreerde vanuit het middenveld van Essevee en ‘ving op’ dat daar ook Steve De Ridder sterk uit de hoek kwam.
Van Jordan Lukaku hoor én zie ik niks dan goed. Ik praatte in Kortrijk met de assistent-bondscoach en die is lyrisch over de jongste Lukaku. Vrolijk werd ik anders niet van de loopgravenoorlog in het Guldensporenstadion. Darren Keet en Maxime Chanot hielden het slot op de deur. Keet ging alle hoge ballen plukken, Chanot frustreerde Okaka.
Olivier Deschacht was van achteruit bepalend voor
Anderlecht. Olie ‘overlapte’ als centrale verdediger op links in de fase van de gelijkmaker. Dat zijn inschuiven achterin risico’s met zich meebrengt bleek bij de 1-0. Deschacht werd daarin positioneel node gemist - hij was nog aan het terugkeren van een vurige vlam op de vuisten van Keet.
De mannen met twee goals - Fernando Canesin en Abdoulay Diaby - zijn logischerwijs ook aanwezig. De laatste posities geef ik weg aan roergangers van Standard. Adrien Trebel was voorbeeldig als kapitein nu Jelle Van Damme met griep in z’n bed lag, en Anthony Knockaert stak zijn energie deze keer helemaal in het team. Hij blijft een druk baasje, maar voetballen kan ie echt wel.