RSC Anderlecht heeft het kalenderjaar afgesloten met twee pijnlijke nederlagen. Om straks echt een kans te maken op de landstitel, heeft de selectie dan ook nood aan versterking. Analist Marc Degryse weet alvast waar sportief directeur Olivier Renard op moet mikken.
Na de derde plaats van vorig seizoen, begon RSCA met hernieuwde moed aan de huidige campagne. Maar de start was, vooral op voetbaltechnisch vlak, tegenvallend. Toen ook de resultaten achterwege vielen, besloot men een einde te maken aan de samenwerking met hoofdcoach Brian Riemer. De tot dan onervaren David Hubert werd aangesteld als opvolger.
Aanvankelijk leek die risicovolle zet erg goed uit te pakken. Onder Hubert bracht Anderlecht aantrekkelijker voetbal en de trainer slaagde erin om een aantal spelers ook individueel naar een hoger niveau te tillen. Bovendien waren de resultaten meer dan hoopgevend. Maar op de momenten van de waarheid liet Paars-Wit het toch wat afweten in eigen land.
Versterking nodig
Denk aan de pijnlijke nederlaag op bezoek bij titelverdediger Club Brugge. En in de kerstperiode was het opnieuw zover. Zo ging RSCA voor de tweede keer dit seizoen onderuit tegen leider KRC Genk, dat zich telkens een veel betere ploeg toonde. Als klap op de vuurpijl kwam daar vrijdag dus nog een pijnlijke thuisnederlaag tegen FCV Dender bovenop.
Paars-Wit telt daardoor respectievelijk 9 en 8 punten minder dan Genk en Club. Het zal dus een tandje moeten bijsteken tijdens de komende weken en maanden. Gezien de strijd op meerdere fronten is daarvoor wel versterking nodig. En met flankaanvaller César Huerta (UNAM Pumas) lijkt ook een eerste winteraanwinst onderweg.
Jonge verdediger
Maar vooral de achterhoede heeft nood aan vers bloed. Wat dat betreft gaf Degryse zijn ex-club alvast een tip. "Als ik Olivier Renard was, zou ik toch de transfermarkt opgaan voor een jong profiel achterin. Als er middelen zijn natuurlijk. Iemand die geduldig is, maar potentieel heeft en achterin kan bijspringen indien nodig. Want het blijft koffiedik kijken hoe ver Jan Vertonghen nu staat", klinkt het bij Het Laatste Nieuws.